Subsidie maatschappelijke initiatieven slavernijverleden Europees Nederland
Reactie
Naam
|
Stichting Dutch New Narrative Lab Foundation (Bestuur Dutch New Narrative Lab DNNL.org DNNL.org)
|
Plaats
|
Amsterdam
|
Datum
|
16 maart 2024
|
Vraag1
Zijn er in de conceptregeling voldoende waarborgen opgenomen die de betrokkenheid van de gemeenschap van nazaten en grassroots organisaties garanderen? Heeft u suggesties voor andere waarborgen?
De conceptregeling zou meer kunnen benadrukken hoe nazaten en grassroots organisaties concreet betrokken worden. Suggestie: Stel een adviesraad samen met vertegenwoordigers uit deze gemeenschappen om de uitvoering en evaluatie van de regeling te begeleiden. Om de betrokkenheid van de gemeenschap en grassroots organisaties te garanderen, adviseren we het opzetten van initiatieven zoals start-up incubators en mentorprogramma's, die direct aansluiten bij de behoeften van nazaten. Deze maatregelen verzekeren actieve participatie en vertegenwoordiging binnen het subsidieproces.
Vraag2
Is de conceptregeling voldoende toegankelijk en laagdrempelig? Kunt u toelichten waarom dit wel of niet het geval is?
De regeling lijkt in principe toegankelijk, maar kan laagdrempeliger door de aanvraagprocessen te vereenvoudigen en meer voorlichting te bieden over de beschikbare steun en hoe deze aan te vragen. Voor een toegankelijker en laagdrempeliger regeling stellen we voor om duidelijke, gestroomlijnde aanvraagprocedures te implementeren en informatie sessies te organiseren, specifiek gericht op het bevorderen van inclusief ondernemerschap.
Vraag3
Zijn er tegenstrijdigheden, onjuistheden of onmogelijkheden in de regeling aanwezig?
Zonder specifieke details van de regeling is het moeilijk te zeggen of er tegenstrijdigheden of onmogelijkheden aanwezig zijn. Een grondige doorlezing door stakeholders kan helpen onduidelijkheden te identificeren en op te lossen. Een inclusieve benadering van financiering, zoals benadrukt door de inzet van DNNL en partners, elimineert mogelijke tegenstrijdigheden door te zorgen dat de regeling inspeelt op de economische kansen en uitdagingen van de doelgroep.
Vraag4
Zijn er in de conceptregeling bepalingen met negatieve consequenties voor uw bedrijfsvoering opgenomen? Kunt u toelichten hoe deze bepalingen u negatief raken?
Als non-profitorganisatie zijn we niet direct negatief geraakt door de regeling in termen van bedrijfsvoering. We zijn echter van mening dat de nadruk op inclusief ondernemerschap positief zou bijdragen aan de economische ontwikkeling van de gemeenschap. Onze voorgestelde focus op inclusief innovatief ondernemerschap heeft geen negatieve consequenties voor onze bedrijfsvoering; het versterkt juist de positie van ondernemers uit achtergestelde gemeenschappen, wat bijdraagt aan de economische veerkracht van de samenleving.
Vraag5
Kunt u in uw reactie ingaan op de manier van rangschikking van de aanvragen?
De rangschikking van aanvragen zou transparant moeten zijn, met duidelijke criteria die de impact, duurzaamheid, en betrokkenheid van de gemeenschap benadrukken. Een openbaar toegankelijke beoordelingsprocedure zou vertrouwen in het proces versterken. Voor de rangschikking van aanvragen suggereren we criteria die de economische en maatschappelijke impact, duurzaamheid, en de mate van betrokkenheid bij de doelgroep wegen, om zo te zorgen voor een eerlijke en transparante beoordeling.
Bijlage