Denk opnieuw mee met de Staatscommissie rechtsstaat

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Diemen
Datum 20 april 2024

Vraag1

Hoe kan beleid en wetgeving minder ingewikkeld worden?

Voor veel burgers is de overheid onbegrijpelijk geworden. Er zijn veel verschillende overheidsorganisaties en daarnaast zijn ook aan private organisaties bepaalde publieke taken uitbesteed of opgedragen. Dat leidt tot ingewikkelde, verkokerde wetgeving en beleid en vervolgens weer tot versplinterde dienstverlening (met eigen al dan niet digitale loketten). Als beleid en wetgeving zo ingewikkeld is dat burgers door de bomen het bos niet meer zien, is dat een rechtsstatelijk probleem. Burgers weten de overheid dan niet goed te vinden en worden daardoor niet voldoende beschermd door en tegen de overheid. Deze ingewikkeldheid geldt in het bijzonder op het gebied van sociale zekerheid, fiscaliteit en het sociaal domein. De roep om het fiscale stelsel te vereenvoudigen, de toeslagen af te schaffen of de wetgeving in het sociaal domein te herzien is logisch, maar te gemakkelijk. Daarover zijn ook al verschillende rapporten verschenen en er lopen allerlei initiatieven waar met goede wil aan wordt gewerkt door betrokkenen, maar die hebben nog niet tot de gewenste vereenvoudiging geleid. Welke maatregelen zijn volgens u nodig om beleid en wetgeving structureel minder ingewikkeld te maken?
De participatiewet is veel te ingewikkeld voor mensen die er afhankelijk van zijn. Ze moeten vele formulieren aanleveren en snappen vaak niet wat er van hen wordt gevraagd of vergeten dingen. Dit zou veel simpeler moeten, omdat de schade soms niet is te overzien voor mensen die al in soms schrijnende situaties zitten.

Als uitvoerende partij moet er aan de noodrem kunnen worden getrokken als deze opmerkt dat een wet die is aangenomen niet goed kan worden uitgevoerd en zelfs voor grote problemen zal gaan zorgen. Zoals de Belastingdienst al opmerkte in een vroeg stadium van de invoering van het toeslagenstelsel. Dan zouden concrete punten voor verbetering eerst moeten worden aangevuld en toegevoegd.

Een wet is theoretisch en zou eerst uitgebreid moeten worden getest in de praktijk voor het definitief wordt ingevoerd.

Vraag2

Welke wetgeving moet als eerste worden vereenvoudigd?

Bij de vorige vraag is toegelicht dat het stelsel van beleid en wetgeving de afgelopen jaren heel ingewikkeld is geworden. Dit geldt in het bijzonder voor wetgeving op het gebied van sociale zekerheid (bijvoorbeeld het aanvragen en gebruik maken van toeslagen en uitkeringen), fiscaliteit (ingewikkelde belastingregels en daarbij horende uitzonderingen) en het sociaal domein (het gebruik maken van sociale voorzieningen bijvoorbeeld op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning). Het is nodig om wetgeving te vereenvoudigen. Aan welke wetgeving moet hierbij prioriteit worden gegeven?
Het toeslagenstelsel. Grondrechten moeten worden gewaarborgd op alle mogelijke manieren. Men kon geen beroep doen op onafhankelijke rechtsspraak en was al als fraudeur bestempeld. Dit moet worden uitgesloten als niet kan worden bewezen dat het zo is.

Vraag3

Hoe kan bij maatwerk willekeur worden voorkomen?

Aan een belangrijk deel van de ambtenaren die veel contact met burgers hebben, worden twee botsende eisen gesteld. Aan de ene kant is de eis dat het niet uitmaakt welke ambtenaar een burger treft. Elke ambtenaar moet een burger gelijk behandelen. Aan de andere kant is het belangrijk dat een ambtenaar rekening houdt met de specifieke situatie van de burger. Dit noemen we maatwerk. Als een ambtenaar maatwerk levert, kan het ertoe leiden dat hij de ene burger anders behandelt dan een ander. Dus niet gelijk. Kortom, maatwerk en gelijk behandelen, levert voor de ambtenaar spanning op. Hoe moeten ambtenaren met deze spanning omgaan? Wat mag een burger daarin van een ambtenaar verwachten en wat niet?
Vanuit integriteit handelen is van groot belang. Dus door middel van trainingen het morele kompas leren toepassen in keuzeprocessen is cruciaal. En dan geldt dit ook voor het leren om vooroordelen te parkeren en niet van invloed te laten zijn op de uitvoering van je werkzaamheden. In de praktijk gaat het dan om regelgeving toepassen, maar oog blijven houden voor de menselijke maat.

Vraag4

Hoe kan het contact tussen burger en overheid worden verbeterd?

Een toegankelijke, begripvolle overheid en duidelijke overheidscommunicatie zijn belangrijke voorwaarden om burgers mee te kunnen laten doen met de rechtsstaat. Deze voorwaarden staan echter onder druk. Een aanzienlijk deel van de inwoners van Nederland begrijpt de communicatie vanuit de overheid niet. Burgers weten daardoor niet of de overheid iets van ze verwacht, en als dat het geval is, wat ze dan precies moeten doen. Daarnaast voelen deze burgers zich in het contact met de overheid vaak niet echt gehoord en ervaren zij veel wantrouwen. Met welke concrete maatregelen kan het contact tussen de overheid en de burger worden verbeterd?
Door goed te luisteren naar burgers en wat hun problemen en vragen daadwerkelijk zijn. Niet in welke categorie of hokje ze het beste vallen of erger nog, overal buiten vallen en nergens voor in aanmerking komen.
Ga net als in de rechtsspraak uit van vertrouwen en onschuld tot het tegendeel is bewezen. Ga ook altijd eerst in gesprek voor er maatregelen worden toegepast. Of probeer verzachtende omstandigheden te onderzoeken.

Vraag5

Hoe kan doorprocederen door overheidsorganisaties worden verminderd?

Bij bezwaar- en beroepszaken tussen burger en overheid komt het regelmatig voor dat de overheid onnodig doorprocedeert, soms tot de hoogste rechter. Burgers ervaren dit als een enorme last. Dit is een gebrek in de rechtsbescherming die de overheid dient te bieden. Met welke concrete maatregelen kan doorprocederen door de overheid worden verminderd?
Een vorm van mediation toepassen waardoor kan worden onderhandeld over een oplossing of schikking.

Vraag6

Hoe kunnen te grote beloften van de politiek en overheid worden voorkomen?

Naar aanleiding van incidenten of een crisis bestaat bij de politiek en de overheid al snel de neiging om meer te beloven dan waar gemaakt kan worden of om maatregelen voor te stellen die niet mogelijk zijn onder het geldende recht. Denk bijvoorbeeld aan de zeer traag verlopende hersteloperatie toeslagen. Hierdoor ontstaat een tegenstelling tussen wat de overheid zegt en wat de overheid doet. Dit leidt uiteindelijk bij burgers tot een lager vertrouwen in de overheid. De rechtsstaat kan alleen goed werken als er sprake is van een goed samenspel tussen burgers en overheid. Als burgers geen vertrouwen meer hebben in de overheid kunnen ze afhaken. Het samenspel tussen burger en overheid valt dan stil. Dit ondergraaft de werking van de rechtsstaat. Hoe kan worden voorkomen dat politiek en overheid te grote beloften doen die niet kunnen worden waargemaakt?
Door goede risicoanalyses te doen en toezicht te houden op overheidsfunctioneren als het gaat om een constructieve uitvoering van beleid en wetten zonder dat burgers worden geschaad.

Vraag7

Hoe kan de burger beter worden betrokken bij vormgeving van beleid?

In de Nederlandse democratische rechtsstaat is een belangrijk uitgangspunt dat iedere inwoner van Nederland invloed kan hebben op de uitoefening van overheidsmacht. Een zichtbare en heel bekende manier om deze invloed uit te oefenen, is het recht om volksvertegenwoordigers te kiezen. Daarnaast zijn er ook andere manieren om inwoners van Nederland in staat te stellen invloed op de overheidsmacht uit te oefenen. Een van die manieren is om inwoners van Nederland beter te betrekken bij het maken van beleid. Veel overheidsorganisaties investeren in deze betrokkenheid, bijvoorbeeld door het organiseren van internetconsultatie en inspraakavonden. Toch heeft de staatscommissie de indruk dat deze betrokkenheid beter kan, zodat de inwoners van Nederland meer invloed kunnen hebben op de uitoefening van overheidsmacht. Met welke concrete maatregelen kan de burger beter worden betrokken bij de vormgeving van beleid?
Door middel van burgerpanels die op hun expertisegebied meepraten over beleid en wetgeving.

Vraag8

Hoe kan worden gestimuleerd dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren een beter idee hebben van het belang van de rechtsstaat voor henzelf en de samenleving? En hoe kunnen burgers, politici, bestuurders en ambtenaren worden gestimuleerd dat ze gaan bijdragen aan het onderhoud van de rechtsstaat?

Vrijwel iedereen vindt de rechtsstaat belangrijk, maar de meeste mensen baseren dat belang op een vage notie van wat de rechtsstaat inhoudt. Dit geldt niet alleen voor burgers, maar ook voor politici, bestuurders en ambtenaren. Het leidt ertoe dat gesprekken over de rechtsstaat zich vaak beperken tot één invalshoek, dat mensen geen idee hebben wat de rechtsstaat voor hen kan betekenen, welke rol zij erin spelen of dat de rechtsstaat niet consequent wordt uitgelegd of voorgeleefd.
De staatscommissie ziet het als belangrijke eerste stap dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren de betekenis van de rechtsstaat kennen en omarmen. Daarmee staat zowel het idee als het belang van de rechtsstaat bij iedereen beter op het netvlies. De vraag is: met welke maatregelen kan worden gestimuleerd dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren hiervan kennis nemen en dit idee omarmen? En vervolgens: hoe zorgen we ervoor dat iedereen zijn bijdrage levert aan het onderhoud van de rechtsstaat? En kunt u dat specificeren naar burgers, politici, bestuurders en ambtenaren?
Burgers zouden hun kennis over de rechtsstaat moeten kunnen opdoen bij een gemeentelijke instantie en deze evt kunnen toetsen als ze dit willen.
In complexe situaties zouden ze op laagdrempelige wijze advies moeten kunnen inwinnen over hun rechten en plichten.

Politici moeten zich aan hun eed houden en hun acties toetsen aan de grondwet. Alsook die van burgers in het oog houden bij het maken van wetgeving.
Zij controleren de macht en moeten dit vanuit de hoogste vorm van integriteit doen.

Ambtenaren moeten net als politici de macht binnen hun departement controleren en zouden in staat moeten worden gesteld om kritische vragen te stellen zonder bang te zijn voor hun positie.
In gesprek met de burger moeten ze hun taal kunnen aanpassen en versimpelen.

Bestuurders houden toezicht en moeten dit zo transparant mogelijk doen zonder eigenbelang of belang van derden voorop te zetten. De zaak, de burger of het hoogste principe staat voorop. Ten alle tijden.