Denk opnieuw mee met de Staatscommissie rechtsstaat

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Enschede
Datum 19 april 2024

Vraag1

Hoe kan beleid en wetgeving minder ingewikkeld worden?

Voor veel burgers is de overheid onbegrijpelijk geworden. Er zijn veel verschillende overheidsorganisaties en daarnaast zijn ook aan private organisaties bepaalde publieke taken uitbesteed of opgedragen. Dat leidt tot ingewikkelde, verkokerde wetgeving en beleid en vervolgens weer tot versplinterde dienstverlening (met eigen al dan niet digitale loketten). Als beleid en wetgeving zo ingewikkeld is dat burgers door de bomen het bos niet meer zien, is dat een rechtsstatelijk probleem. Burgers weten de overheid dan niet goed te vinden en worden daardoor niet voldoende beschermd door en tegen de overheid. Deze ingewikkeldheid geldt in het bijzonder op het gebied van sociale zekerheid, fiscaliteit en het sociaal domein. De roep om het fiscale stelsel te vereenvoudigen, de toeslagen af te schaffen of de wetgeving in het sociaal domein te herzien is logisch, maar te gemakkelijk. Daarover zijn ook al verschillende rapporten verschenen en er lopen allerlei initiatieven waar met goede wil aan wordt gewerkt door betrokkenen, maar die hebben nog niet tot de gewenste vereenvoudiging geleid. Welke maatregelen zijn volgens u nodig om beleid en wetgeving structureel minder ingewikkeld te maken?
De wetgeving is vaak eenzijdig omdat degenen die de wet aandragen 1 partij zijn. Daardoor zijn er veel onduidelijkheden voor de andere partij en kunnen wetten en regelgeving naar eigen interpretatie ingevuld worden. Door duidelijkheid, minder ruimte voor interpretatie en met beide partijen over de wet of regeling te spreken kan de inhoud verbeterd en verduidelijkt worden.

Vraag2

Welke wetgeving moet als eerste worden vereenvoudigd?

Bij de vorige vraag is toegelicht dat het stelsel van beleid en wetgeving de afgelopen jaren heel ingewikkeld is geworden. Dit geldt in het bijzonder voor wetgeving op het gebied van sociale zekerheid (bijvoorbeeld het aanvragen en gebruik maken van toeslagen en uitkeringen), fiscaliteit (ingewikkelde belastingregels en daarbij horende uitzonderingen) en het sociaal domein (het gebruik maken van sociale voorzieningen bijvoorbeeld op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning). Het is nodig om wetgeving te vereenvoudigen. Aan welke wetgeving moet hierbij prioriteit worden gegeven?
In de zorg worden momenteel wetten en regelgeving naar de hand van artsen in het nadeel van patiënten ingevuld. Zo worden baby’s met bepaalde diagnoses losgekoppeld van zuurstof en mee naar huis gestuurd wanneer de diagnose levensbeperkend is. Vaak ontvangen deze kinderen geen zorg meer en leven deze kinderen zelfs zonder zorg langer dan de gemiddelde levensduur van een donorhart (en met actieve zorg tot ver in de volwassen leeftijd). Desondanks krijgen ze vaak een behandelbeperking opgelegd. Wanneer de baby opknapt en ontwikkelt wordt de behandelbeperking en het staken van zorg niet herzien. Artsen beslissen soms kinderen met een aandoening die op dat moment ziek zijn aan de morfine te leggen. Wanneer je je beroept op zeggenschap als ouder zijnde wordt vermeld dat die zeggenschap via bureau jeugdzorg of een rechter afgenomen kan worden als je als ouder zijnde moeilijk gaat doet. Artsen cq ziekenhuizen die precies 0 kinderen met een bepaalde aandoening aan het hart geopereerd hebben en derhalve geen ervaring ermee hebben weigeren gegevens en echobeelden naar een expert in het buitenland te sturen die enkele honderden kinderen met die aandoening aan het hart geopereerd heeft en derhalve een expert genoemd kan worden. Slow coding wordt toegepast door grote academischeziekenhuizen, dit is strafbaar maar de artsen zijn in Nederland bijna onaantastbaar.
Er zijn talloze ervaringsverhalen van lotgenoten beschikbaar over alle bovengenoemde punten. Dit gebeurt op grote schaal in Nederland in alle grote academische ziekenhuizen. Kinderen met bepaalde aandoeningen sterven in Nederland jong en leven tot voorbij 40 jarige leeftijd in landen waar meer onderzoek gedaan is en actieve zorg geboden wordt. Een diagnose die 25 jaar geleden fataal was is dat nu niet meer maar de artsen in Nederland hebben nooit meer omgekeken en beslissen over leven en vooral dood van deze kinderen op basis van sterk verouderde informatie. Ook bij "fatale" of levensbeperkende (niet is onsterfelijk natuurlijk) aandoeningen horen artsen te blijven leren en zichzelf op de hoogte te stellen van ontwikkeling op het gebied van die aandoening(en). Dat staat in de wet. Hier moet meer controle en toezicht op komen. De overheid moet niet blind vertrouwen op vastgeroeste artsen maar zelf onderzoeken of er ontwikkeling is (al 16 jaar inmiddels is het niet meer fataal te noemen).

Vraag3

Hoe kan bij maatwerk willekeur worden voorkomen?

Aan een belangrijk deel van de ambtenaren die veel contact met burgers hebben, worden twee botsende eisen gesteld. Aan de ene kant is de eis dat het niet uitmaakt welke ambtenaar een burger treft. Elke ambtenaar moet een burger gelijk behandelen. Aan de andere kant is het belangrijk dat een ambtenaar rekening houdt met de specifieke situatie van de burger. Dit noemen we maatwerk. Als een ambtenaar maatwerk levert, kan het ertoe leiden dat hij de ene burger anders behandelt dan een ander. Dus niet gelijk. Kortom, maatwerk en gelijk behandelen, levert voor de ambtenaar spanning op. Hoe moeten ambtenaren met deze spanning omgaan? Wat mag een burger daarin van een ambtenaar verwachten en wat niet?
Iedereen is uniek maar vaak zijn er meer burgers met dezelfde issues. Door te kijken naar een groep lotgenoten kan het maatwerk zijn voor een groep en niet perse voor 1 burger. Een groep lotgenoten kun je zo dun specificeren als nodig om meer maatwerk te leveren. Daardoor ontstaat toch gelijkheid op groepsniveau ipv zeer persoonlijk maatwerk.

Vraag4

Hoe kan het contact tussen burger en overheid worden verbeterd?

Een toegankelijke, begripvolle overheid en duidelijke overheidscommunicatie zijn belangrijke voorwaarden om burgers mee te kunnen laten doen met de rechtsstaat. Deze voorwaarden staan echter onder druk. Een aanzienlijk deel van de inwoners van Nederland begrijpt de communicatie vanuit de overheid niet. Burgers weten daardoor niet of de overheid iets van ze verwacht, en als dat het geval is, wat ze dan precies moeten doen. Daarnaast voelen deze burgers zich in het contact met de overheid vaak niet echt gehoord en ervaren zij veel wantrouwen. Met welke concrete maatregelen kan het contact tussen de overheid en de burger worden verbeterd?
Door hier platformen voor te maken waar men per onderwerp een discussie kan starten of een idee kan opperen. Ideeën die veel steun ontvangen kunnen beschouwd worden als belangrijk voor de burgers. De overheid natuurlijk wel mee laten discussiëren en kritische vragen over onderwerpen en ideeën laten stellen. Ervaringsverhalen laten de knelpunten zien.

Vraag5

Hoe kan doorprocederen door overheidsorganisaties worden verminderd?

Bij bezwaar- en beroepszaken tussen burger en overheid komt het regelmatig voor dat de overheid onnodig doorprocedeert, soms tot de hoogste rechter. Burgers ervaren dit als een enorme last. Dit is een gebrek in de rechtsbescherming die de overheid dient te bieden. Met welke concrete maatregelen kan doorprocederen door de overheid worden verminderd?
Door te luisteren naar de burgers en knelpunten in regelgeving en overheid(sinstanties) te vinden en trachten deze op te lossen.

Vraag6

Hoe kunnen te grote beloften van de politiek en overheid worden voorkomen?

Naar aanleiding van incidenten of een crisis bestaat bij de politiek en de overheid al snel de neiging om meer te beloven dan waar gemaakt kan worden of om maatregelen voor te stellen die niet mogelijk zijn onder het geldende recht. Denk bijvoorbeeld aan de zeer traag verlopende hersteloperatie toeslagen. Hierdoor ontstaat een tegenstelling tussen wat de overheid zegt en wat de overheid doet. Dit leidt uiteindelijk bij burgers tot een lager vertrouwen in de overheid. De rechtsstaat kan alleen goed werken als er sprake is van een goed samenspel tussen burgers en overheid. Als burgers geen vertrouwen meer hebben in de overheid kunnen ze afhaken. Het samenspel tussen burger en overheid valt dan stil. Dit ondergraaft de werking van de rechtsstaat. Hoe kan worden voorkomen dat politiek en overheid te grote beloften doen die niet kunnen worden waargemaakt?
Door geen beloften te doen wanneer je niet weet of je ze waar kunt maken. Je kunt alleen beloven wat je waar kunt maken. Als je iets snel hoopt op te lossen maar twijfelt of het snel genoeg gaat wees daar dan eerlijk over en zeg het. Eerlijkheid, zelfs als dat niet is wat men wil horen, biedt meer vertrouwen dan niet nakomen van beloften. Wees persoonlijk en niet een verheven status. Waarom staat deze vraag hier überhaupt? Dit leren kinderen tijdens het opgroeien al.

Vraag7

Hoe kan de burger beter worden betrokken bij vormgeving van beleid?

In de Nederlandse democratische rechtsstaat is een belangrijk uitgangspunt dat iedere inwoner van Nederland invloed kan hebben op de uitoefening van overheidsmacht. Een zichtbare en heel bekende manier om deze invloed uit te oefenen, is het recht om volksvertegenwoordigers te kiezen. Daarnaast zijn er ook andere manieren om inwoners van Nederland in staat te stellen invloed op de overheidsmacht uit te oefenen. Een van die manieren is om inwoners van Nederland beter te betrekken bij het maken van beleid. Veel overheidsorganisaties investeren in deze betrokkenheid, bijvoorbeeld door het organiseren van internetconsultatie en inspraakavonden. Toch heeft de staatscommissie de indruk dat deze betrokkenheid beter kan, zodat de inwoners van Nederland meer invloed kunnen hebben op de uitoefening van overheidsmacht. Met welke concrete maatregelen kan de burger beter worden betrokken bij de vormgeving van beleid?
Volksvertegenwoordigers etc zijn mensen die politiek onderlegd zijn. De normalere doorsnee mens heeft niet de connecties om een volksvertegenwoordiger te worden. Nogmaals via platformen kom je dichter bij de doorsnee mensen. En deze internetconsultatie kwam via een platform van een partij. De meeste mensen maken gebruik van social media, Facebook, x etc. Biedt daar inspraak of een weg naar een platform aan om meer mensen te bereiken.

Vraag8

Hoe kan worden gestimuleerd dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren een beter idee hebben van het belang van de rechtsstaat voor henzelf en de samenleving? En hoe kunnen burgers, politici, bestuurders en ambtenaren worden gestimuleerd dat ze gaan bijdragen aan het onderhoud van de rechtsstaat?

Vrijwel iedereen vindt de rechtsstaat belangrijk, maar de meeste mensen baseren dat belang op een vage notie van wat de rechtsstaat inhoudt. Dit geldt niet alleen voor burgers, maar ook voor politici, bestuurders en ambtenaren. Het leidt ertoe dat gesprekken over de rechtsstaat zich vaak beperken tot één invalshoek, dat mensen geen idee hebben wat de rechtsstaat voor hen kan betekenen, welke rol zij erin spelen of dat de rechtsstaat niet consequent wordt uitgelegd of voorgeleefd.
De staatscommissie ziet het als belangrijke eerste stap dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren de betekenis van de rechtsstaat kennen en omarmen. Daarmee staat zowel het idee als het belang van de rechtsstaat bij iedereen beter op het netvlies. De vraag is: met welke maatregelen kan worden gestimuleerd dat burgers, politici, bestuurders en ambtenaren hiervan kennis nemen en dit idee omarmen? En vervolgens: hoe zorgen we ervoor dat iedereen zijn bijdrage levert aan het onderhoud van de rechtsstaat? En kunt u dat specificeren naar burgers, politici, bestuurders en ambtenaren?
Wat mij betreft heeft de rechtstaat mijn zoon, mijn dochter en mij compleet gefaald. We worden niet beschermd, we ontvangen geen zorg, geen hulp. Begin maar met doen ipv praten. Zie mijn stukje over de zorg. Bescherm mijn kinderen.