Strafbaarstelling voorbereidingshandelingen met het oog op het plegen van seksueel kindermisbruik
Reactie
Naam
|
G Levi
|
Plaats
|
Amsterdam
|
Datum
|
23 juli 2020
|
Vraag1
Wat vindt u goed in dit wetsvoorstel en waarom?
Ik ben het eens met de strafbaarstelling van genoemde feiten uit dit wetsvoorstel.
Vraag2
Wat minder goed? En waarom vindt u dat?
In de memorie van toelichting zijn termen gehanteerd als "pedohandboek", "pedohandleiding" en "pedomateriaal". De term "pedo" is hier gebruikt als synoniem voor seksueel kindermisbruik, dan wel voor de plegers daarvan. Dit is feitelijk onjuist, leidt af van de complexe realiteit van kindermisbruik en werkt stigmatiserend. "Pedo" is geen synoniem voor kindermisbruik(er) om twee redenen:
1. Gemiddeld 80% van de plegers van kindermisbruik heeft geen pedofiele voorkeur. [zie bron: https://www.nationaalrapporteur.nl/publicaties/op-goede-grond/ ] Dit taalkundig pinnen op "pedo" negeert en verhult de realiteit rond kindermisbruik. Zonder feiten is het complexe probleem van seksueel kindermisbruik niet op te lossen.
2. Veel pedofielen plegen geen kindermisbruik. Pedofilie is net als hetero- of homoseksualiteit in eerste instantie een voorkeur. Een gevoel dus. Een gevoel is geen daad, laat staan een misdaad. Een handleiding voor mannen om andere mannen te misbruiken zou politiek ook geen "instructief homomateriaal" worden genoemd. Op deze stigmatiserende manier communiceren verhoogd de drempel voor jongeren om over hun voorkeur te gaan praten, bijvoorbeeld bij hun ouders, vrienden of huisarts.
Vraag3
Wat zou u de minister van JenV willen meegeven over dit wetsvoorstel?
Waar het (voorbereidende handelingen voor) seksueel misbruik betreft zou mijn advies zijn het taalgebruik altijd te beperken tot deze misdaad, waarbij generaliserende veronderstellingen over vermeende seksuele voorkeuren worden vermeden.