Wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid

Reactie

Vraag1

Dit wetsvoorstel moet niet verbeterd worden maar ingetrokken. Wet en regelgeving is bedoeld om zaken te reguleren waar problemen zijn. Welk probleem wordt hiermee opgelost? 85% van de leerkrachten heeft een vast contract, door een 80% norm neer te zetten creer je niet meer medewerkers die in het onderwijs willen werken.
Door het bedrag wat aan inhuur besteedt mag worden te maximeren op 5% van het budget van het voorgaande jaar creer je door de krapte op de arbeidsmarkt een groter risico op het naar huis sturen van klassen bij gebrek aan invallers of daar geen geld meer aan mogen besteden. Volgens mij staat dit op gespannen voet met het recht op onderwijs wat leerlingen hebben.
Door te eisen dat contracten minimaal 0,8 fte zijn ontneem je deeltijders de mogelijkheid om te werken. Vrouwen willen werk en zorg kunnen combineren en de meesten kiezen dan voor 0,6 fte. Door te eisen dat er minimaal 0,8 fte moet worden aangeboden creer je meer banen waar meerdere scholen gecombineerd moeten worden in gebieden met kleine scholen en dus kleine formaties. Dat willen medewerkers niet. Die kiezen dan liever voor minder werken maar wel op 1 plek. Dit is te merken aan het feit dat er geen kandidaten te vinden zijn voor invalpools of flexpools binnen het onderwijs. Daardoor ontstaat de noodzaak om in te huren, niet omdat men de contractomvang niet wil bieden.
De minister begeeft zich op terreinen die niet tot zijn bevoegdheden behoren. hij gaat niet over de arbeidsvoowaarden, daar zijn andere partijen voor. Hij gaat niet over de arbeidswetgeving, hij gaat over onderwijs. Zorg dat de kwaliteit van onderwijs omhoog gaat door meer mogelijkheden te geven voor opleiding en ontwikkeling van onderwijspersoneel in plaats van een systeem te willen implementeren wat geen toegevoegde waarde heeft voor de kwaliteit van onderwijs.
Het bestuur van een school gaat over het personeelsbeleid, of de minister van werkgelegenheid en de arbeidsinspectie. Dit hoort niet door de minister van Onderwijs te worden aangepakt in een wet.

Vraag2

De schoolorganisaties voldoen over het algemeen al aan de wettelijke eisen. Deze wet heeft dan ook geen enkele toegevoegde waarde en vraagt onnodig tijd van diverse bestuursgremia (tweede kamer, eerste kamer, raad van state) die echt wel iets beters te doen hebben dan een dergelijke wet behandelen.

Vraag3

Ga aan de slag met een ruimer financieringsmodel wat niet alleen op basis van het aantal leerlingen maar ook op andere demografische kenmerken budget toekent en wat minder fluctueert per jaar. Dan krijg je vanzelf weer een hoger percentage vaste contracten.
En realiseer je dat de situaties in de randstad en daarbuiten zeer verschillend kunnen zijn. Probeer daar op tet anticiperen. Dat is veel belangrijker dan schoolbesturen voor te schrijven dat ze elke 4 jaar een strategisch personeeelsbeleid moeten opstellen.

Vraag4

Dat is helder, maar nogmaals het heeft geen toegevoegde waarde. Welk probleem lost dit op? Het kost weer tijd die niet aan onderwijs kan worden besteedt.