Wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid

Reactie

Naam Stichting LVO (E Vossen)
Plaats Sittard
Datum 14 juni 2023

Vraag1

Welke suggesties heeft u om het wetsvoorstel te verbeteren?
Vooropgesteld, onze stichting onderkent zeker het belang van het maken, actueel houden en implementeren van strategisch personeelsbeleid. De rol van onze professionals in het onderwijs is essentieel. Onze stichting heeft dan ook een strategisch personeelsbeleid. Het opnemen van een verplichting hiertoe is voor ons overbodig.
We vinden wetgeving ook niet de juiste plek om afspraken over strategisch personeelsbeleid te maken. De cao-tafel is wat ons betreft een logischere plek om afspraken te maken over personeelsbeleid en de implementatie ervan.
Ook vinden wij het onwenselijk om dergelijke wetgeving enkel voor het onderwijs te maken.
Naar ons bekend is, wordt op dit moment landelijk en qua wetgeving al breder nagedacht over hetgeen deze wet wenst te regelen.
De verplichting om te monitoren op strategisch personeelsbeleid vergroot de administratieve last, zeker als hieraan voorwaarden worden verbonden. De wijze waarop de effecten van een strategisch personeelsbeleid gemonitord worden, is de verantwoordelijkheid van de scholen zelf.

De administratieve last voor scholen en schoolbesturen is hoog en zou niet verder verhoogd moeten worden.
Daarnaast zijn de aanvullende arbeidsvoorwaardelijke eisen niet helpend en werken deze zelfs belemmerend. De artikelen 7.64 t/m 7.66 zouden geen onderdeel moeten uitmaken van deze wetgeving. Te meer omdat al in de cao-vo is vastgelegd wanneer er tijdelijke contracten kunnen worden verleend.
We geven onze medewerkers, als het mogelijk is, een vast contract. Dat biedt zowel voor de medewerker als voor de school zekerheid. In de praktijk is dit helaas niet altijd mogelijk. Dat heeft diverse oorzaken:
* Naast vervangingscontracten wegens ziekte zijn er vele andere vervangingscontracten. Bijvoorbeeld: een medewerker wordt tijdelijk vervangen omdat hij een opleiding volgt, of omdat hij mantelzorg verleent, of een sabbatical opneemt.
* Veel subsidies worden tijdelijk toegekend, hierop kunnen geen vaste contracten worden verleend.
* Geregeld vinden er in scholen grote projecten plaats: zoals complexe onderwijskundige interventies, een fusie of nieuwbouw. Voor dit soort trajecten, veelal vormgegeven in projecten zijn tijdelijk (langer dan 1 jaar ) medewerkers nodig.
* Scholen hebben te maken met fluctuaties in leerlingaantallen, zoals bijvoorbeeld in afdelingen voor de eerste opvang van anderstaligen.
Dat alles maakt dat een flexibele schil gewoonweg nodig en wenselijk is. Juist om goed personeelsbeleid te voeren.

Vraag2

Denkt u dat er in uw schoolorganisatie voldaan kan worden aan deze wettelijke eisen? Waarom wel of niet?
Ten aanzien van het beschikken over een strategisch personeelsbeleid wel.
We denken dat het niet mogelijk is om te voldoen aan de overige aspecten. Met name de bepaling dat er maar één tijdelijk contract gegeven mag worden voor ten hoogste 12 maanden, belemmert het onderwijs en goed werkgeverschap. Als een medewerker niet tijdelijk vervangen kan worden voor bijvoorbeeld een studie werkt dit belemmerend voor het verlenen van studieverlof, ook zwangerschapsvervangingen, vervangingen i.v.m. ziekte en mantelzorg en andere tijdelijke contracten blijven nodig! Bovendien zijn er fluctuaties in leerlingenaantallen die het nodig kunnen maken om iemand een jaar in te zetten om vervolgens afscheid te nemen. De termijn van 5 jaar waarbinnen niet opnieuw een tijdelijk contract gegeven kan worden, is veel te lang en maakt het onmogelijk om goed personeelsbeleid te voeren binnen de financiële kaders die daarvoor bestaan. Vaste contracten verlenen op tijdelijke formatieplaatsen leidt zeker tot veel hogere loonkosten, zeker in het voortgezet onderwijs, waar voor elk vak een specifieke bevoegdheid nodig is.

Vraag3

Heeft u andere kansrijke voorstellen/suggesties/ideeën, aanvullend op deze wet- en regelgeving die er toe leiden dat alle besturen goed strategisch personeelsbeleid voeren?
Terecht staat in de toelichting dat goed personeelsbeleid valt of staat met de uitvoering van dit beleid. Hiervoor is goed leiderschap op alle niveaus essentieel. Een beurs voor het opleiden van middenmanagement zou goed kunnen helpen. Juist om te verzekeren dat het SHRM ook tot op de klasvloer doorwerkt.

Vraag4

In hoeverre vindt u het voldoende duidelijk wat dit wetsvoorstel betekent op het niveau van de rechtspersoon die de school in stand houdt (bevoegd gezag) en de school?
SHRM betekent dat hier zowel op bestuurlijk niveau als op schoolniveau aandacht voor is. Het wetsvoorstel voegt hier inhoudelijk niets aan toe. Het zorgt voor een hogere administratieve last. Bovendien belemmeren de voorgestelde arbeidsvoorwaardelijke eisen eerder het voeren van goed personeelsbeleid dan dat ze dit bevorderen.