Wijzigingsregeling SEEH 2020

Reactie

Vraag1

Geachte heer/mevrouw,
De SEEH-regeling is een mooie stimulans voor VvE’s om te verduurzamen
In de praktijk lopen we nog tegen een onduidelijkheid aan.
Bij het verduurzamen van appartementcomplexen is ons onduidelijkheid wat de eisen zijn die gesteld worden aan de koudebruggen. Te denken valt aan koudebruggen bij de galerijen, balkons, aansluitingen van trappenhuizen en steunmuren in de bergingen. In de huidige SEEH-regelingen is voor de vloeren en het dak een percentage van 70% opgevoerd dat moet voldoen aan de eisen uit de regeling. Daarmee is het probleem voor de steunmuren (is bijna altijd minder dan 30%) in de bergingen meestal wel opgelost.
Voor de gevels is er nog niet zo’n percentage. Het is ons nu onduidelijk of een koudebrug bij een balkon- en of galerijaansluitingen als gevel moet worden beschouwd of niet. In de praktijk is het “bijna” onmogelijk om de eisen voor de “gevel” ook te halen op een koudebrug. Sterker nog deze, waardes worden zelfs bij nieuwbouw nog niet gerealiseerd op deze details.
Om het probleem van de koudebruggen en de daaraan gestelde eisen duidelijk te maken en de oplossing haalbaar, stellen we voor dat ook voor de gevels een percentage wordt opgenomen dat niet hoeft te voldoen aan de eisen voor de gevel. Naast de onduidelijkheid die nu bestaat voor “koudebruggen” zou je daarmee ook het probleem van (kleien) technisch lastige of zelfs bijna onmogelijke details in de constructie op te lossen (te denken valt aan trappetjes naar de woning toe die onderdeel vormen van de gebouwschil).
Naast bovengenoemde optie (percentage van de gevel dat niet hoeft te voldoen aan de gestelde eisen) zou een andere optie zijn om het uiteindelijke energieverbruik per vierkante meter vloeroppervlak aan te houden als norm en niet de losse eisen op de maatregelen. Het uiteindelijke energieverbruik kan bepaald worden met de nieuwe NTA8800 en de daarop gebaseerde software (de nieuwe EPA software van bijvoorbeeld Vabi). In de nieuwe software moeten ook de details voor koudebruggen worden opgenomen. Door het verbruik per vierkante meter vast te leggen, kan in een ontwerpstadium bekeken worden welke maatregelen het meest efficiënt zijn om de doelstelling te halen. Een minder goed geïsoleerd bouwdeel (omdat het technisch niet beter kan) zal dan gecompenseerd kunnen worden met een extra goed geïsoleerd bouwdeel als het uiteindelijke energieverbruik per vierkante meter vloeroppervlak maar onder de gestelde norm ligt.