Technische wijzigingen BTIV

Reactie

Naam Regioplatform Woningcorporaties Utrecht (Voorzitter M.J. Zeeman)
Plaats Utrecht
Datum 21 december 2015

Vraag1

Wat is uw reactie op de voorgestelde wijzigingen in het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting?
Wij steunen als Regioplatform Woningcorporaties Utrecht (RWU) de hoofdlijn van de nieuwe Woningwet, maar vinden de uitwerking op nogal wat punten te gedetailleerd (zie vraag 2). Wat betreft de inhoud van het BTIV het volgende.

Wij waarderen het dat de mogelijkheden voor onderlinge dienstverlening tussen de corporaties zijn verruimd. Daardoor kunnen corporaties meer van elkaars deskundigheid en kennis profiteren en tot uitwisseling komen.

Wij vragen ons echter wel af waarom die dienstverlening persé moet worden geregeld in de vorm van een vof of een cv. Middelen blijven immers binnen de corporatiesector en van oneigenlijke concurrentie is geen sprake. Wij zouden wat betreft de Vve’s ook graag geregeld zien dat onderhoudswerkzaamheden door de corporatie voor eigenaren en aan de gemeenschappelijke delen van de Vve’s worden toegestaan. Dat knelt nu.

Een van de belangrijkste knelpunten voor ons is de toepassing van de €125 per vhe voor leefbaarheid. De minister heeft tot nu toe aangegeven dat alle personeelslasten die ook maar iets te maken hebben met leefbaarheid dienen te worden toegerekend aan de €125. Enkel de kosten die via de servicekosten bij huurders in rekening worden gebracht vallen niet onder die € 125. Wij vinden dat veel te beperkt en bovendien betekent het verder uitsplitsen van de personeelslasten een onnodige extra administratieve last.

Wij dringen er bij de minister op aan om de motie die recent in de Tweede Kamer met ruime meerderheid is aangenomen en die feitelijk vraagt de personeelslasten er buiten te houden, uit te voeren. Als dat niet gebeurt, dan kunnen de corporaties een belangrijk deel van hun voorgenomen leefbaarheidsactiviteiten niet meer uitvoeren, zoals de inzet van woonconsulenten voor Achter de Voordeur projecten en dergelijke. Wij hopen en rekenen erop dat dit wordt gerepareerd.

Vraag2

Op welke manier zou het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting beter uitvoerbaar gemaakt kunnen worden?
Wij vinden de uitwerking van de Wet en het BTIV op nogal wat punten veel te gedetailleerd. Gelet op de complexiteit van de nieuwe wetgeving pleiten wij ervoor om jaarlijks te evalueren hoe de wet in de praktijk uitwerkt en eventuele aanpassingen waar nodig door te voeren. Onze ervaring tot nu toe leert in elk geval dat buitengewoon veel tijd en geld gemoeid is met interne administratie, verantwoording en controle zodanig dat we dit nogal eens buitenproportioneel vinden.

Het achterliggende motief voor een bepaalde maatregel raakt door alle extra werkzaamheden feitelijk buiten beeld. Dat stuwt de bedrijfslasten onnodig omhoog, terwijl de samenleving van ons vraagt deze zoveel mogelijk te beperken. Een voorbeeld is de verantwoording van de toewijzing conform alle regels in het kader van de intermediaire verhuur. Wij hopen dat bijvoorbeeld in het accountantsprotocol op de diverse terreinen meer rekening wordt gehouden met deze proportionaliteit.

Een ander punt van zorg is dat het departement van BZK en de nieuwe Autoriteit in de afgelopen periode nogal eens verschillende signalen afgeven over de interpretatie van wetsartikelen en uitvoeringsregelingen. Dat creëert bij ons onnodige onzekerheid. Voor de rechtszekerheid en rechtmatigheid vinden wij het van groot belang dat wetgever en toezichthouder volstrekt op één lijn zitten als het gaat om uitleg en toepassing van de regels.

Bijlage