Wetsvoorstel implementatie Telecomcode

Reactie

Naam RadioCorp (Dhr HBHJ Visser)
Plaats Naarden
Datum 22 juli 2019

Vraag1

Artikel 113, derde lid van de Telecomcode verplicht lidstaten erop toe te zien dat eindgebruikers bij de beëindiging van hun contact de mogelijkheid hebben om de digitale televisie-apparatuur (set-top box) via een kosteloze en gemakkelijke procedure terug te geven, tenzij de aanbieder aantoont dat de digitale televisie-apparatuur volledig interoperabel is met de digitale televisiediensten van andere aanbieders, onder wie ook de aanbieder naar wie de eindgebruiker is overgestapt.

Vraag aan aanbieders:
De vraag is hoe dit in de praktijk is geregeld. Wordt dergelijke apparatuur (set-top box) door de eindgebruiker gekocht of gehuurd? Hoe is vervolgens de teruggave van deze apparatuur geregeld en zijn hieraan kosten verbonden?
Artikel 3.20a stelt dat een vergunning mag worden verhuurd tenzij de houder de vergunning om niet heeft verkregen en/of er sprake is van commerciële omroep. Bij analoge FM-omroep is het al sinds 2003 zo dat vergunningsruimte niet mag worden verhuurd. Echter, in de niet-landelijke commerciële radiomarkt worden veel FM-kavels wél verhuurd, maar wordt het woord ‘huur’ in de overeenkomsten angstvallig vermeden. In plaats daarvan wordt het woord ‘productie-overeenkomst’ gebruikt. Op DAB+ in Band III zijn er meerdere vergunninghouders die een deel van hun capaciteit; of zelfs geheel zoals MTVNL, verhuren aan commerciële marktpartijen. Zo zijn er op multiplex 11C negen verschillende landelijke commerciële vergunninghouders; maar maken twaalf verschillende mediabedrijven, die niet aan elkaar gelieerd zijn, gebruik van de capaciteit. Van de gebruikers hebben 3 mediabedrijven niet zelf een vergunning voor multiplex 11C maar maken gebruik van restcapaciteit van de andere vergunninghouders.
Aldus wordt de frequentieruimte uiterst efficiënt benut en wordt de mededinging gestimuleerd. Het doel van het verhuurverbod is uiteraard om te voorkomen dat frequentiemakelaars hele frequentieblokken in handen proberen te krijgen om die vervolgens met een winstmarge proberen onder te verhuren aan gegadigden die écht van de frequentieruimte gebruik willen maken. Maar een volledig verhuurverbod kan er -zeker bij digitale etherradio- juist weer voor zorgen dat delen van het spectrum onbenut blijven óf dat er enkel een signaal op wordt gezet met als enig doel om de frequentieruimte bezet te houden, waarbij van efficiënt gebruik dus geen sprake is.