Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Leiden
Datum 26 juli 2025

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Met klem ontraad ik het aannemen van dit wetsvoorstel, op grond van de volgende bezwaren:

1. Onduidelijke en open normering
Het wetsvoorstel hanteert vage begrippen zoals ‘verheerlijking’ en ‘rechtvaardiging’ van terroristische daden, zonder heldere definitie of juridische afbakening. Hierdoor ontstaat rechtsonzekerheid: burgers, activisten, journalisten of kunstenaars kunnen door justitie strafrechtelijk worden vervolgd voor het uiten van controversiële, maar legitieme meningen.

2. Disproportionele inperking van fundamentele vrijheden
Het voorstel vormt een ernstige beperking van artikel 7 van de Grondwet (vrijheid van meningsuiting) en artikel 10 van het EVRM, zonder voldoende noodzakelijkheid of proportionaliteit aan te tonen. Er bestaat reeds wetgeving tegen opruiing en haatzaaien. Dit wetsvoorstel voegt daar niets wezenlijk aan toe, maar criminaliseert politieke uitingen.

3. Risico op misbruik bij selectieve handhaving
De recente incidenten in Duitsland en het VK, waar pro-Palestijnse demonstranten met geweld zijn aangepakt en gearresteerd op basis van brede antiterrorismewetten, tonen aan hoe zulk beleid in de praktijk leidt tot repressie en ongelijkheid. Kritiek op Israëlische staatsdaden — hoe scherp ook — mag in een democratische rechtsstaat nooit gelijkgesteld worden aan ‘terrorismeverheerlijking’.

4. Afschrikwekkend effect op maatschappelijk debat
De dreiging van strafrechtelijke vervolging zal leiden tot zelfcensuur, vooral onder minderheden, activisten en mensenrechtenverdedigers. Dit is desastreus voor een open samenleving. De weg naar onderdrukking van vreedzaam protest begint met vage wetten die met ‘goede bedoelingen’ zijn ingevoerd.

Conclusie:
Dit wetsvoorstel holt de kern van onze democratische rechtsstaat uit. In plaats van vrijheid en veiligheid in balans te brengen, ondermijnt het voorstel de vrijheid zónder aantoonbare veiligheidswinst. Ik roep de wetgever dringend op dit voorstel in te trekken of fundamenteel te herzien, met waarborgen voor vrijheid van meningsuiting, politieke expressie en demonstratierecht.