Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Ik ben principieel tegen dit wetsvoorstel. Het vormt een ernstige bedreiging voor fundamentele vrijheden zoals de vrijheid van meningsuiting, het demonstratierecht en de persvrijheid.

Artikel 132 van het Wetboek van Strafrecht biedt reeds duidelijke en toereikende handvatten voor politie en Openbaar Ministerie om op te treden tegen strafbare opruiing. Deze bepaling is bovendien zorgvuldig afgebakend, zodat uitsluitend daadwerkelijk strafbare uitingen worden aangepakt. Het toevoegen van een nieuwe, ruimer geformuleerde bepaling is daarom onnodig en vergroot het risico op willekeurige of politiek gemotiveerde handhaving.

Dat risico is geen theoretische mogelijkheid. In Nederland is nu al sprake van criminalisering van actiegroepen zoals Extinction Rebellion. In het Verenigd Koninkrijk heeft vergelijkbare wetgeving geleid tot de arrestatie en vervolging van vreedzame betogers tegen de genocide in Gaza. Het gevaar dat deze wet ook in ons land wordt misbruikt om politieke meningsuiting te onderdrukken, is daarmee zeer reëel en onacceptabel.

Ik roep de regering dan ook met klem op dit wetsvoorstel in te trekken en de bestaande wettelijke waarborgen voor onze fundamentele vrijheden te behouden.