Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Amsterdam
Datum 22 juli 2025

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Ik ben het niet eens met de voorgestelde strafbaarstellingen zoals opgenomen in artikel 132a t/m 132c Sr. Hoewel het begrijpelijk is dat de overheid terrorisme wil tegengaan, raken deze bepalingen aan fundamentele vrijheden van meningsuiting en expressie, die in een democratische rechtsstaat essentieel zijn.

Het begrip “verheerlijking” is vaag en subjectief. Wat de één als verheerlijking ziet, kan door de ander worden geïnterpreteerd als politieke analyse, satire of zelfs kunst. Dit leidt tot rechtsonzekerheid en maakt willekeur in handhaving mogelijk. Daarnaast is het risico groot dat kritische of controversiële uitingen ten onrechte als strafbaar worden aangemerkt, zeker in de huidige gepolariseerde maatschappelijke context.

Het strafbaar stellen van het delen van geschriften of afbeeldingen die door iemand anders zijn gemaakt, zonder dat de verspreider zelf noodzakelijkerwijs die inhoud onderschrijft, vergroot dit risico nog verder. Dit zet de deur open voor criminalisering van journalisten, activisten, academici en anderen die maatschappelijke misstanden of machtsstructuren aan de orde stellen.

Ook het strafbaar stellen van een openlijke steunbetuiging aan een terroristische organisatie is problematisch zolang het begrip “steun” niet scherp is gedefinieerd. Dit kan bijvoorbeeld ook vreedzame protesten of solidariteitsverklaringen omvatten die gericht zijn op de situatie van onderdrukte bevolkingsgroepen, zonder daadwerkelijk geweld te ondersteunen.

Kortom: deze wetsvoorstellen ondermijnen de grondrechten van burgers zonder dat overtuigend is aangetoond dat ze noodzakelijk en proportioneel zijn. De aanpak van terrorisme mag niet ten koste gaan van de rechtsstaat zélf.