Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Ik heb ernstige zorgen bij de voorgestelde bewoording van 132c (betreffende openbare steunbetuiging).

In de Memorie van Toelichting wordt op pagina 21 gerefereerd aan "een breed scala aan steunbetuigingen aan terroristische organisaties, zoals het, in het kader van een demonstratie, zwaaien met vlaggen met symbolen van terroristische organisaties." Dit kan erg breed worden uitgelegd. Veel symbolen, leuzen e.d. worden zowel door terroristische als legitieme organisaties gebruikt, vooral wanneer zij hetzelfde doel op verschillende wijze nastreven.

Wat echter nog zorgelijker is, is de kans op misbruik door een autoritaire overheid. Wanneer de Minister van BZ middels art. 2 Sanctieregeling terrorisme 2007-II een aanwijzingsbesluit vaststelt, ongeacht of dat besluit terecht is, wordt het burgers door 132c vele malen moeilijker gemaakt om tegen deze beslissing te demonstreren. In autocratische en autocratiserende landen wordt het excuus van "terrorismebestreiding" veelal gebruikt om de oppositie monddood te maken. Het gevaar dat dit ook in Nederland gebeurt, mag niet worden onderschat, zeker gezien het feit dat die beslissing in handen is van slechts drie ministers.

Daarnaast heb ik ook zorgen over de evenredigheid waarmee dit wetsvoorstel in zijn geheel zal worden ingezet. Een aantal politieke partijen hebben er geen geheim van gemaakt dat zij het demonstratierecht willen inperken, vooral wanneer zulke demonstraties ideologisch tegenover hen staan. Hoewel de wet op papier ideologisch neutraal lijkt, betwijfel ik ten zeerste of deze in de praktijk ook op een neutrale manier zal worden toegepast.

Ik hoop dat deze zorgen niet op dovemansoren zullen vallen.