Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Naam L.J Huvers
Plaats Leiden
Datum 25 juli 2025

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel? Dan kunt u hier uw reactie geven. U kunt dat doen door een bericht achter te laten of door een document te uploaden.
Graag breng ik enkele principiële kanttekeningen naar voren. Deze reactie is filosofisch gemotiveerd, in het bijzonder geïnspireerd door het werk van Baruch Spinoza, en beoogt bij te dragen aan een zorgvuldige afweging van de vrijheid van meningsuiting binnen de democratische rechtsorde.

1. Vrijheid van denken en uiting
Spinoza benadrukt dat het vermogen om vrij te denken en te spreken wezenlijk is voor de mens. De rechtsstaat moet die vrijheid ook beschermen wanneer uitingen schuren of provoceren. Het voorstel stelt straf op uitlatingen die geen oproep tot geweld bevatten, maar als ‘verheerlijking’ kunnen worden geïnterpreteerd. Dat ondermijnt de essentie van vrije meningsuiting.

2. Vage normen en rechtszekerheid
Begrippen als ‘verheerlijking’ en ‘morele steun’ zijn onvoldoende afgebakend. Dat schaadt het legaliteitsbeginsel en creëert rechtsonzekerheid. Burgers moeten weten wat wel en niet mag. Onheldere begrippen vergroten het risico op willekeurige toepassing en leiden tot zelfcensuur.

3. Strafrecht vereist concrete dreiging
Spinoza maakt een fundamenteel onderscheid tussen meningen en daden. Alleen bij een reële dreiging voor de openbare orde is strafbaarstelling gerechtvaardigd. Het voorstel raakt echter ook uitingen zonder concrete oproep tot geweld. Dat is disproportioneel en in strijd met artikel 10 EVRM.

4. Onbedoelde effecten
Het voorstel kan leiden tot terughoudendheid bij journalisten, kunstenaars, activisten en wetenschappers. Spinoza waarschuwde dat onderdrukking van gedachten spanningen oproept. Open debat en ruimte voor botsende ideeën bevorderen juist maatschappelijke stabiliteit.

5. Praktische risico’s
– Leuzen bij protesten tegen Israëlisch beleid kunnen als steun aan Hamas worden opgevat.
– Ironische of kritische kunstuitingen lopen kans op strafvervolging.
– Academische analyses kunnen als verheerlijking worden geïnterpreteerd, wat vrije reflectie belemmert.

Conclusie
Ik verzoek u het voorstel kritisch te heroverwegen. Strafrechtelijk optreden tegen uitingen vereist een concreet en aantoonbaar risico. De kracht van een democratische samenleving ligt juist in het verdragen van scherpe of onwelgevallige meningen, zolang deze niet oproepen tot geweld.

?

Laat het weten als je dit ook in Word of PDF wilt ontvangen.