Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Dit wetsvoorstel vormt een ernstige bedreiging voor de vrijheid van meningsuiting en het recht op vreedzaam protest, zoals vastgelegd in zowel de Nederlandse Grondwet als in internationale verdragen zoals het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.

Hoewel het begrijpelijk is dat de overheid gewelddadig extremisme wil bestrijden, is de reikwijdte van dit voorstel gevaarlijk vaag. De term “openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties” kan zó breed worden geïnterpreteerd dat ook vreedzame solidariteitsacties, politieke meningsuitingen of het opkomen voor onderdrukte volkeren eronder vallen.

In de praktijk kan dit betekenen dat burgers strafbaar worden als zij protesteren tegen genocide of zich uitspreken tegen mensenrechtenschendingen, enkel omdat een bepaalde groepering die zij steunen door de overheid op een zwarte lijst staat. Dit is een fundamentele aantasting van democratische vrijheden.

Geschiedenis leert dat dergelijke wetten vaak worden misbruikt om legitiem protest en politieke oppositie te onderdrukken. Met dit voorstel dreigt Nederland in een situatie terecht te komen waarin morele solidariteit met slachtoffers van onderdrukking — zoals het Palestijnse volk — kan worden gecriminaliseerd. Dat is onacceptabel in een vrije rechtsstaat.

Het bestrijden van geweld mag nooit een excuus zijn om fundamentele vrijheden op te offeren. In plaats van de grenzen van vrije meningsuiting in te perken, zou de overheid moeten investeren in dialoog, diplomatie en het beschermen van mensenrechten — ongeacht de politieke context.