Wetsvoorstel strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties

Reactie

Vraag1

Mijn zorgen over het wetsvoorstel “strafbaarstelling verheerlijken van terrorisme en openbare steunbetuiging aan terroristische organisaties”

Ik ben diep bezorgd dat dit wetsvoorstel meer kapotmaakt dan het oplost.
Met zulke vage begrippen als “verheerlijken” en “openbare steun” kan straks bijna alles — van een kritisch opiniestuk tot een vreedzaam protest — als strafbaar worden aangemerkt.

Dit is geen bescherming van onze samenleving, maar een bedreiging voor de vrijheid die haar sterk maakt. Vrijheid van meningsuiting, journalistiek en politieke discussie mogen nooit het slachtoffer worden van angst of vaag geformuleerde wetten.

Gebruik het strafrecht alleen waar het hoort: tegen daadwerkelijke oproepen tot geweld. Niet tegen woorden, beelden of gebaren die slechts onwelgevallig zijn.

Onderbouwing
Dit voorstel vormt in mijn ogen een gevaar voor fundamentele rechten, met name de vrijheid van meningsuiting en vergadering. De begrippen “verheerlijken” en “openbare steunbetuiging” zijn vaag gedefinieerd, waardoor legitieme uitingen — journalistieke verslaggeving, politieke meningen, vreedzaam protest — ten onrechte strafbaar kunnen worden gesteld. Kritiek op overheden, solidariteit met onderdrukte bevolkingsgroepen of bespreking van controversiële kwesties kan hierdoor onrechtmatig worden vervolgd.

Ik vrees een chilling effect: mensen zullen hun mening niet meer durven geven uit angst voor vervolging. Dat raakt niet alleen extremisten, maar ook burgers, journalisten, kunstenaars en activisten die bijdragen aan maatschappelijk debat.

Het strafrecht is het zwaarste middel van de overheid en mag alleen worden ingezet als het absoluut noodzakelijk is, met duidelijke, nauw omschreven begrippen. Dit voorstel voldoet daar niet aan.

Ik verzoek u dringend om:

1. Strikte definities op te nemen, zodat alleen daadwerkelijke oproepen tot geweld of concrete steun aan terroristische daden strafbaar zijn.

2. Uitzonderingen te garanderen voor journalistiek, kunst en politieke meningsuiting.

3. Te onderzoeken of bestaande wetgeving al voldoende instrumenten biedt.

Vrijheid van meningsuiting is een kernwaarde. Laten we die niet inperken met te brede en vage wetgeving.

Met vriendelijke groet,
Mw. R. Rietveld