Tijdelijk besluit experiment meertalige dagopvang en meertalig peuterspeelzaalwerk

Reactie

Naam Dr. J Aarssen
Plaats Zeist
Datum 2 november 2016

Vraag1

U kunt reageren op alle onderdelen.
Allereerst is het goed te constateren dat de minister erkent dat jonge kinderen goed met meer dan één taal om kunnen gaan en dat zij spelenderwijs meer dan één taal kunnen leren. Het is echter jammer dat de aangekondigde experimenten beperkt blijven tot Engels, Frans en Duits. Dit zijn voor veel kinderen vreemde talen, die zij thuis niet spreken en waarvan het vooralsnog niet onduidelijk is in welke mate kinderen er buiten het kinderdagverblijf mee in aanraking komen. Een taal die thuis en buitenshuis niet of slechts beperkt wordt gebruikt, loopt het risico snel weer te worden vergeten.

Corda e.a. (2012) zeggen daarover: “Late starters leren sneller, omdat ze verder zijn in hun cognitieve ontwikkeling en ook omdat ze gebruik kunnen maken van vaardigheden die ze in de eerste taal hebben ontwikkeld. Kinderen die eerder starten presteren alleen net zo goed als (en soms beter dan) leerlingen die later starten als ze substantieel meer input hebben gehad – en zelfs dan ook niet altijd. Dit is in tegenspraak met wat bekend is uit onderzoek over tweetaligheid en het leren van een tweede taal buiten een schoolcontext: daar wordt de hypothese “jong is beter” wel bevestigd. Maar deze resultaten moeten niet zonder meer worden toegepast op het leren van een vreemde taal in een formele onderwijssituatie, waarin de hoeveelheid en de variëteit van de input door het curriculum worden bepaald.”

Om deze reden is het jammer dat er in de voorgestelde experimenten niet wordt ingezet op een combinatie van Nederlands met één of meer eerste talen (moedertalen) van kinderen. Juist omdat kinderen hun moedertaal thuis actief gebruiken, is de kans groter dat zij die taal niet zullen verliezen. Sterker nog, voor deze groep kan het juist een succesfactor zijn als zij niet vanaf nul moeten beginnen met het leren van de taal.

Corda, A., C. Phielix, E. Krijnen (2012). Wat weten we over vroeg Engels op de basisschool?
Effecten van vroeg vreemdetalenonderwijs op de moedertaal en de leerprestaties in de vreemde taal: review van de onderzoeksliteratuur. Leiden: Expertisecentrum mvt