Tijdelijk besluit zelfstandige bevoegdheid mondhygiënist

Reactie

Naam Zilveren Kruis (adviserend tandartsen)
Plaats Leusden
Datum 9 september 2016

Vraag1

Met deze amvb wordt een vijfjarig experiment gestart waarbij door taakherschikking de mondhygiënist de bevoegdheid krijgt bepaalde voorbehouden handelingen nu ook zelfstandig te verrichten.

Bent u van mening dat de voorgestelde amvb een adequate manier is om tot verdere taakherschikking binnen de mondzorg te komen?
Wij vinden de voorgestelde amvb geen adequate manier om tot verdere taakherschikking in de mondzorg te komen.

Natuurlijk is het zinvol om, net als op andere onderdelen van de zorg, voorspelbare en routinematige handelingen over te hevelen van een tandarts naar een mondhygiënist, om maximaal gebruik te maken van het beschikbare personeel in de mondzorg. Op deze manier krijgen tandartsen meer tijd voor meer specialistische en complexe zorg. Het is echter wel noodzakelijk dat er samenhang in de zorg is en dat duidelijk is wie de regisseur is. In onze optiek ligt deze rol bij de tandarts.

Een mondhygiënist kan de mondzorg niet in volle omvang uitvoeren, het deskundigheidsgebied is beperkt tot plaque-gerelateerde aandoeningen. Ook mogen mondhygiënisten niet alle caviteiten vullen, maar alleen maar primaire cariës, mits niet te diep. Voor een patiënt is dit onderscheid onduidelijk. Als de patiënt met complexere problematiek naar de mondhygiënist gaat en alsnog verwezen wordt naar de tandarts worden er handelingen dubbel gedaan, wat kostenverhogend werkt. De tandarts moet de regie van de zorg hebben en kan deze bij medisch ongecompliceerde patiënten met een stabiele mondgezondheid overdragen aan een mondhygiënist.

Een potentieel risico van de taakherschikking is dat de mondhygiënist minder tijd heeft voor preventie, terwijl we juist toe willen naar een, op het Nexø-model gebaseerde, preventieve behandelstrategie voor de jeugd. Een mondhygiënist heeft een belangrijke taak hierin en is dé deskundige op het gebied van preventie en gedragsverandering. Zelfstandige bevoegdheid van de mondhygiënist zal naar verwachting tot een verschuiving leiden van preventie naar meer curatie. Dit is ongewenst omdat we alle capaciteit voor preventie nodig hebben en juist toe te willen naar minder curatie.