Tijdelijke subsidieregeling vuurwerkverbod COVID19

Reactie

Vraag1

"Artikel 10 1d: de totale omzet per verkooplocatie over de vierde kwartalen van 2019 en 2020 aan de hand van de aangiftes omzetbelasting;"
Dit is buitenproportioneel en niet ter zake doende. Er mag in het kader van deze regeling uitsluitend gevraagd worden naar de omzet van de verkoop van eindejaarsvuurwerk. Overige bedrijfsomzetten hebben niets van doen met deze subsidie, en dienen daarom ook niet te worden opgevraagd door onze overheid in het kader van deze subsidie. Deze eis dient daarom te vervallen.

"Artikel 10 1e: een verklaring op basis van aantoonbare bestellingen dat voor de eindejaarsverkoop 2020 eindejaarsvuurwerk is besteld; en"
Dit punt is discutabel, aangezien een aantal detailhandelaren gewacht zullen hebben met het definitief doorgeven van hun bestellingen aan het vuurwerkbedrijf vanwege de ontstane discussie over een mogelijk vuurwerkverbod. Detailhandelaren hebben hierdoor hun (extra) bestellingen uiteindelijk niet geplaatst toen duidelijk werd dat er een tijdelijk vuurwerkverbod zou worden ingesteld. Voor hen is het dus niet mogelijk om aan de gestelde eis van dit artikel te voldoen, terwijl deze detailhandelaren wél kosten hebben gemaakt in de voorbereiding van de eindejaarsverkoop 2020 én uiteraard omzetderving ervaren vanwege de annulering van de eindejaarsverkoop 2020.
Dit punt dient hierom te worden aangepast zodat ook een ingevulde bestellijst, een besteladvies van het vuurwerkbedrijf of een gelijkwaardig overzicht kan worden verstrekt bij de subsidieaanvraag. Uiteraard is het ook een oplossing om deze eis te laten vervallen.