Besluit toegankelijkheid voor personen met een handicap of chronische ziekte
Reactie
Naam
|
H. Radstake
|
Plaats
|
Utrecht
|
Datum
|
6 november 2016
|
Vraag1
Wat vindt u van de wijze waarop de geleidelijke verwezenlijking van algemene toegankelijkheid en eenvoudige voorzieningen zijn verwoord?
Na lezing van enkele relevante stukken en reacties hierop sluit ik mij aan bij de tegenstanders van deze AmvB. Helaas lijkt hier de verwachting van welwillende liefdadigheid leidend te zijn boven die van het recht doen en geven aan mensen die op welke manier dan ook, maar altijd onvrijwillig, beperkingen hebben die gelijkwaardig functioneren in onze samenleving belemmeren of beletten. Waar deze beperking niet aan deze personen zelf valt toe te rekenen, acht ik het de plicht van de Nederlandse overheid maatregelen te nemen die in de samenleving leiden tot gelijkwaardige toegankelijkheid van gebouwen, voorzieningen en diensten voor gehandicapten en niet-gehandicapten. De ervaring leert (al jaren en bij diverse strevens naar morele rechtvaardigheid) dat het overlaten aan (sectorale) eigen initiatieven en monitoren van de effecten hiervan onvoldoende tot (snelle) resultaten leidt.
Het voorstel voor AmvB blinkt uit door vrijblijvendheid, voornamelijk ingegeven door het beperken regelgeving en van kosten "voor degenen waar het verbod voor geldt". Dat lijkt mij een onjuist startpunt voor maatregelen.
Ik zou graag een AmvB zien dat de voorschriften van het VN-verdrag noemt en vanuit de doelgroep gehandicapten concretiseert naar de Nederlandse situatie. Uitzonderingen mogen van mij beperkter geformuleerd dan 'vrijwel gratis of eenvoudig'.
Kostenbewustzijn hoeft niet buiten beschouwing te blijven, maar degenen die hiervoor gevoelig zijn, moeten bedenken dat in een stevig pakket aanpassingsactiviteiten ook een enorme kans voor (nieuwe) economische activiteiten verborgen ligt.