Wet taal en toegankelijkheid HO en MBO
Reactie
Naam
|
ugent (prof. dr. A. P. J. Vrints)
|
Plaats
|
gent
|
Datum
|
28 januari 2019
|
Vraag1
Heeft u opmerkingen op bijgaand wetsvoorstel?
De urgentie van voorgenomen wetswijziging bevreemdt. Jarenlang hebben universiteiten en hogescholen in Nederland de bestaande wetgeving op het taalgebruik in het hoger onderwijs wetens en willens met de voeten getreden, met ongecontroleerde verengelsing voor gevolg. Recent werd dit nog door de onderwijsinspectie bevestigd. De minister weigert echter de wetgeving te handhaven en reageert nu met een voorstel om de taalwetgeving uit te hollen. Gevolg van voorgenomen wetswijziging zal ongetwijfeld zijn dat de verengelsing van het (hoger) onderwijs in Nederland nog zal intensiveren.
Die radicale verengelsing houdt ernstige risico’s in. Ten eerste schaadt zij de onderwijskwaliteit: doordat docenten en studenten zich in het Engels doorgaans minder geraffineerd kunnen uitdrukken dan in het Nederlands, treedt aanzienlijk leerverlies op. Ten tweede zijn er de sociale bezwaren: de verengelsing bemoeilijkt de toegang tot het hoger onderwijs en schept een kloof tussen de Nederlandstalige samenleving en de Engelstalige academische elite. Tenslotte is er het culturele risico dat het Nederlands op termijn herleid wordt tot een huis-tuin-en-keukentaal.