Wijziging bepalingen boek 1 BW ivm transgenders
Reactie
| Naam | B Bakker |
|---|---|
| Plaats | Steenbergen |
| Datum | 21 september 2011 |
Vraag1
Het wordt op prijs gesteld als u in uw reactie aandacht kunt schenken aan:- de voorgestelde gerechtelijke procedure in relatie tot een eventuele administratieve voorziening
- hoe de kennis van het oorspronkelijke biologische geslacht bewaard kan of moet blijven in verband met medische behandelingen en de farmacokinetieke verschillen tussen man en vrouw;
- of er een regeling moet komen voor personen die zich man noch vrouw voelen
De concept regeling beschouwende, constateer ik dat bij de overwegingen twee aspecten niet zijn meegenomen die van belang zijn.
Ik acht het daarom niet verstandig de conceptregeling in deze vorm te persisteren.
Ten eerste zie ik dat er geen rekening is gehouden met mogelijk forensisch-juridische aspecten.
Concreet: in mijn werk (politie) heb ik de maken met technische recherche. Daar wordt steeds meer gewerkt met DNA sporen.
Aan DNA sporen kan worden gezien of het een man of vrouw betreft. Wat dat betreft houdt DNA geen rekening met hoe iemand zich voelt, doch enkel met wat iemand fysiek daadwerkelijk is.
Door de regeling in huidige vorm aan te nemen ontstaat de situatie dat het in het GBA geregistreerde geslacht van een een persoon, niet overeenkomt met het geslacht, afgeleid uit zijn DNA.
Opsporing van de bij het DNA behorende persoon wordt zodoende bemoeilijkt, zo niet onmogelijk.
Zo al wordt overgegaan tot registratie van een ander geslacht, zal ten allen tijde voor Justitie na moeten zijn te gaan of en wanneer er een verandering heeft plaatsgevonden.
Ten tweede zie ik dat er geen rekening mee is gehouden psychische stoornissen. Iemand met een psychische stoornis kan immers de vaste overtuiging hebben een ander geslacht te hebben dan hij of zij fysiek heeft. Een psychiatrisch onderzoek zou daarom deel uit moeten maken van de procedure.
Daarnaast moet de fundamentele vraag "waartoe dient de registratie van het geslacht" in beschouwing te blijven.
Dit is immers het registreren van de daadwerkelijke fysieke kenmerken zoals geslacht maar ook zaken als lengte.
Het toestaan van het registreren van het geslachtsgevoel in plaats van de daadwerkelijke fysieke kenmerken brengt een ongewenste precedentwerking op andere gebieden met zich mee.