Besluit uitvoering PEPP-verordening
Reactie
Naam
|
Anoniem
|
Plaats
|
Zeist
|
Datum
|
2 juni 2021
|
Vraag1
Wilt u reageren op het ontwerpbesluit? Zo ja, dan kunt u hier uw reactie geven.
Geef de PEPP een eerlijke kans in Nederland
Wij staan als Achmea positief tegenover de PEPP. Het biedt ZZP'ers en werknemers van (internationale) ondernemingen de kans om op een eenvoudige, voordelige en transparante manier pensioen dan wel aanvullend pensioen op te bouwen.
De verordening geeft aan dat de PEPP kan worden aangeboden door verzekeraars, banken, pensioeninstellingen (voor zover die volgens het nationale recht bevoegd zijn en onder toezicht staan om persoonlijke pensioenproducten aan te bieden), beleggingsinstellingen en beleggingsondernemingen.
In paragraaf 10 van de toelichting blijkt dat (IBPV’s) pensioeninstelling worden uitgesloten voor het aanbieden van een PEPP. Naar onze mening is dit een gemiste kans.
Achmea is van mening dat een PEPP ook uitgevoerd moet kunnen worden door een PPI en APF. Eventuele taakafbakeningsdiscussie lijkt ons hier niet problematisch. Zeker een PPI zou als geen andere instelling in staat moeten zijn om een arbeidsvorm onafhankelijke (dwz voor werknemer, zelfstandige, dga, zzp-er) pensioenvorm uit te voeren, zowel in de tweede pijler (fiscale faciliteit in de loonbelasting), de derde pijler (fiscale faciliteit in de inkomstenbelasting), als de vierde pijler (aanvullend pensioen zonder fiscale faciliteit). Het geeft de kans een gelijk en geïntegreerd fiscaal speelveld voor pensioenvorm neer te zetten, dat concurrentie in het belang van de pensioenspaarder bevordert. In dezelfde lijn zou mogelijk ook een APF (DC)- kring, dat onder een min of meer vergelijkbare vergunning opereert als een PPI, geschikt kunnen zijn voor een PEPP. Naast het faciliteren van meer mogelijke aanbieders pleiten wij om de PEPP voor zowel 2e als 3e pijler fiscaal de zelfde begunstiging te geven van andere producten in die pijlers.