Regeling vaststelling primair energiegebruik voor waterschappen

Reactie

Vraag1

Voor elektriciteit is er geen onderbouwing voor de keuze om aan te sluiten op de PEF zoals die is vastgelegd in de bouwregelgeving. Dit is een vaste waarde, terwijl de primaire energiefactor op basis van fossiele energie snel lager wordt. Dit is te zien in de jaarlijkse rapportage van CBS over de PEF-fossiel. Zie hiervoor https://www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2024/51/rendementen-en-co2-emissie-van-elektriciteitsproductie-in-nederland-update-2023
De PEF is in 2023 gedaald naar 1,16 op basis van de bovenste verbrandingswaarde. Voor de waterschappen zou ook gekozen kunnen worden voor een PEF op basis van de laagste verbrandingswaarde. Deze laatste waarde wordt in internationale statistieken het meeste gebruikt.
Verder is er een ontwikkeling in de nieuwe Energie Performance of Buildings Directive (EPBD) om voor de PEF over te stappen van PEF fossiel naar PEF totaal. Voor Europa is daarvoor een waarde van 1,9 bepaald. Zie hiervoor artikel 31 van de EU richtlijn EED. Is er overleg geweest met het ministerie van VRO die nu bezig is met de implementatie van de EPBD?
Er zijn meerdere keuzes mogelijk, maar in de toelichting is niet aangegeven waarom deze waarde gebaseerd op de situatie van 2020 gekozen is.
Voor warmtenetten zou ook de PEF van 0,51 genomen kunnen worden. Dat is de gemiddelde PEF van warmtenetten. Zie hiervoor het overzicht dat RVO jaarlijks maakt over de prestaties van warmtenetten. Zie hiervoor https://www.rvo.nl/sites/default/files/2024-11/Rapport-Duurzaamheid-warmtelevering-2023-Versie-2.pdf