Wet inburgering

Reactie

Naam Sociaal Werk Nederland (Drs. L Staal)
Plaats Utrecht
Datum 6 augustus 2019

Vraag1

Het wordt op prijs gesteld als in de reactie wordt ingegaan op de volgende vragen:
- In het wetsvoorstel is op verschillende manieren rekening gehouden met het ‘doenvermogen’ van de inburgeringsplichtigen (zie toelichting, paragraaf 6). Is dit in uw beleving voldoende gelukt? Worden de bestaande belemmeringen voor inburgeringsplichtigen om in het huidige stelsel vorm te geven aan hun inburgering met het wetsvoorstel voldoende weggenomen?
- Bevat het wetsvoorstel risico’s in het kader van misbruik / fraude waarvoor, in uw beleving, onvoldoende beheersmaatregelen worden genomen? Zo ja, welke risico’s zijn dit en welke aanvullende beheersmaatregelen stelt u voor?
Volgens Sociaal Werk Nederland is het wetsvoorstel een verbetering. Hieruit blijkt erkenning dat een deel van de nieuwkomers meer steun nodig heeft bij een succesvolle integratie. Op basis van de ervaring van onze leden hebben we een aantal aandachts- en verbeterpunten geformuleerd:

1. Zie vluchtelingen als onderdeel van de wijk en win aan efficiëntie in de uitvoering. Door af te stappen van het ‘doelgroepdenken’ creëer je integraal beleid voor kwetsbare inwoners en zorg je voor integrale uitvoering door bestaande partners in de wijk.
2. Investeer in beide ‘kanten’. Integratie vraagt vooral ook iets van de gemeenschap waarin iemand integreert: werkgevers, collega’s, studenten en buurtgenoten.
3. Vermijd een eendimensionale visie op werk. Naast het spreken van de taal en het hebben van diploma gaat het (vooral) ook om het opwekken en/of voeden van motivatie en een effectieve leerstijl. Dit vereist nog meer van het doenvermogen!
4. Voorkom dat financieel ontzorgen gebrek aan zelfstandigheid veroorzaakt. Het gevaar van de ontzorging in de eerste maanden is dat diezelfde problematiek later alsnog ontstaat. Dit vereist zorgvuldige overdracht en in bepaalde gevallen langere begeleidingstijd.
5. Heroverweeg invoering met terugwerkende kracht. Laat ook de huidige groep statushouders meedoen. Dit is een grote groep is ten opzichte van de verwachtte instroom.
6. Voorkom dat gemeenten het laaghangend fruit gaan plukken. Het risico van prestatiebekostiging is dat gemeenten op zoek gaan naar de ‘kansrijke’ statushouders, en de minder ‘leerbaren’ niet willen opnemen. Terwijl we voor deze groep het grootste verschil kunnen maken.
7. Evalueer en stel het PIP structureel. Omdat er veel verandert in de eerste maanden van het leven van een statushouder, is structurele evaluatie met alle betrokken partijen nodig.
8. Haak de vrouwen aan! Neem in de PIP ook de verplichte participatie activiteiten van de partner mee zodat alle gezinsleden (te beginnen met de echtgenotes) mee integreren.
9. Uitbreiding uren PVT is heel goed, maar laat dit gelden voor alle kernwaarden. Door in de PVT alle kernwaarden te behandelen kun je een breed gesprek faciliteren tussen statushouders en andere inwoners.
10. Borg de kwaliteit van het inburgeringsaanbod. Schrijf richtlijnen voor de prijs, zodat de inburgeringsaanbieders uitsluitend op kwaliteit gaan concurreren.

Sociaal Werk Nederland gaat graag in gesprek met het ministerie over deze aandachtspunten.

Bijlage