Besluit verbetering beschikbaarheid jeugdzorg
Reactie
Naam | 's Heeren Loo (Strategisch adviseur zorgverkoop G Paulissen) |
---|---|
Plaats | Amersfoort |
Datum | 29 augustus 2024 |
Vraag1
1. Wilt u uw reactie geven op deze voorgestelde wijziging van het Besluit Jeugdwet?De voorgestelde wijziging beoogt, met behoud van ruimte voor maatwerk, integraliteit en een regierol voor gemeenten, bij te dragen aan het effectiever en efficiënter organiseren van Jeugdzorg. Een van de huidige knelpunten is de complexiteit en diversiteit bij inkoop en contractering, wat heeft geleid tot verhoogde administratieve- en uitvoeringslasten en kosten. Het contracteren op regionaal schaalniveau door ‘robuuste regio’s’ kan deze lasten verminderen en bevordert samenwerking op regionaal en landelijk niveau. Dit draagt bij aan het verhogen van de beschikbaarheid van jeugdzorg én het verlagen van uitvoeringslasten.
Daarnaast kunnen ‘robuuste regio’s’ een rol spelen in het centraal verzamelen en benutten van zorgdata, wat bijdraagt aan betere inzichten en efficiëntere zorg.
Het is van belang dat de regiovisie ingaat op de aanpak van wachttijden. Dit vereist samenwerking binnen de jeugdzorg en een bredere aanpak van gerelateerde problemen zoals woonproblematiek en schulden, met het oog op preventie.
’s Heeren Loo beveelt aan om álle (geïndiceerde) jeugdhulp op minimaal regionaal niveau te contracteren, waarbij het contracteren van lokale jeugdhulp zich beperkt tot vrij-toegankelijke voorzieningen. Praktijkervaring aan de kant van zowel opdrachtgever als opdrachtnemer, laat namelijk zien dat de “knip” tussen lokaal en regionaal gecontracteerde jeugdhulp een doelmatige en efficiënte aanpak in de weg staat en de uitvoeringslasten verhoogt. Dus het tegenovergestelde van wat we o.b.v. de HAJ willen.
Let op: het landelijk contracteren van hulp betekent *niet* dat de lokale organisatie van zorg wordt opgegeven en dat daarmee de beleidsruimte van de gemeente kleiner wordt. Het blijft de gemeente zelf die de gecontracteerde hulp organiseert. Zie de bijlage “Van verwarring naar verheldering: lokaal organiseren, centraal contracteren” voor meer toelichting.
Vraag2
Uit het wetsvoorstel volgt dat jeugdhulpvormen (minimaal) regionaal moeten worden ingekocht als is voldaan aan één of meer van de volgende criteria:• schaarste van de vraag;
• schaarste van het aanbod;
• de complexiteit van de problematiek in combinatie met de daarvoor benodigde multidisciplinaire specialistische expertise;
• het volume dat een jeugdhulpaanbieder nodig heeft om verantwoorde jeugdhulp te kunnen leveren;
• het volume dat een jeugdhulpaanbieder nodig heeft om een gezonde bedrijfsvoering te kunnen voeren.
2. Voldoen de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit aan deze criteria? Zo nee, welke jeugdhulpvorm(en) niet en waarom?
3. Ontbreken er jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit? Zo ja, welke?
4. Zijn de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit duidelijk genoeg afgebakend ten opzichte van jeugdhulpvormen die lokaal kunnen worden ingekocht?
Vraag 2. Voldoen de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit aan deze criteria? Zo nee, welke jeugdhulpvorm(en) niet en waarom?
Ja. Wat ’s Heeren Loo betreft moet iedere vorm van specialistische jeugdhulp op de lijst met jeugdhulpvormen voor regionale contractering komen.
Vraag 3. Ontbreken er jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit? Zo ja, welke?
Ja. Het ontwerpbesluit richt zich op multidisciplinaire specialistische jeugdhulp, maar er zou expliciet aandacht moeten worden besteed aan álle gespecialiseerde jeugdhulp.
Het is momenteel onduidelijk of losse diensten die in de praktijk soms “gestapeld” worden, lokaal of regionaal ingekocht worden. Denk hierbij aan diagnostiek en
begeleiding; in geval van combinatie inzet wordt er gesproken over multidisciplinair (dus regionale inkoop), maar als dit niet in combinatie wordt ingezet, wordt het dan lokaal ingekocht? En wat als men dan een traject start met alleen diagnostiek en er later meerdere diensten bijkomen? Zoals reeds vermeld bij vraag 2: de knip tussen lokaal en regionaal gecontracteerde diensten werkt inefficiënt en verwarrend. Voor zowel verwijzers als voor aanbieders (terwijl de inwoner er niet mee is geholpen).
Vraag 4. Zijn de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit duidelijk genoeg afgebakend ten opzichte van jeugdhulpvormen die lokaal kunnen worden ingekocht?
Een “duidelijke” afbakening blijkt en blijft lastig. De vraag die erboven ligt is hoe specifiek je moet willen afbakenen. Hoe specifieker en dus “kleiner” je een hulpvorm maakt, des te groter de kans dat een hulpvorm ergens buiten de specificatie valt en dus lokaal kan/ zal worden ingekocht. En dat is nóg een reden om de knip tussen lokaal en regionaal gecontracteerd aanbod uit het stelsel te halen. Ten slotte: op- en afschalen van Jeugdhulp gedijt niet bij een knip tussen regionaal en lokaal gecontracteerd aanbod. Het devies is om alle Jeugdhulp minstens regionaal te contracteren.
Vraag3
De omschrijving van de jeugdhulpvorm ‘gespecialiseerde ggz’ sluit aan bij de ggz-standaarden. In de praktijktest is de vraag besproken of deze omschrijving voldoende onderscheidende kenmerken bevat om voor de praktijk helder te maken wat er wel en niet valt onder deze jeugdhulpvorm. In dit kader leggen wij u een aantal vragen voor, specifiek over de gespecialiseerde ggz:5. Voldoet het gehele aanbod van gespecialiseerde ggz aan de criteria uit het wetsvoorstel?
6. Is het mogelijk, op basis van de criteria van het wetsvoorstel, bepaalde kenmerken te onderscheiden van de zorgvraag en/of het zorgaanbod om te kunnen bepalen of het lokaal zou moeten worden ingekocht?
7. Zou het voor de duidelijkheid en bruikbaarheid in de praktijk helpen om bij de gespecialiseerde ggz kenmerken te noemen van de aanbieders van deze vorm van jeugdhulp en/of de wijze van behandeling die in het kader van deze jeugdhulpvorm plaatsvindt? Zo ja, waarom en welke eisen kunnen dat zijn? Zo nee, waarom niet?
nvt