Besluit verbetering beschikbaarheid jeugdzorg

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Rotterdam
Datum 3 september 2024

Vraag1

1. Wilt u uw reactie geven op deze voorgestelde wijziging van het Besluit Jeugdwet?
De wijziging van het Besluit Jeugdwet draagt naar ons idee bij aan het verbeteren van de beschikbaarheid jeugdzorg. De schaal van een individuele gemeente is vrijwel altijd te klein om de continuïteit en de beschikbaarheid van specialistische jeugdhulp voor kinderen en gezinnen te borgen, te organiseren en ook verder te kunnen ontwikkelen.
Onze zorg is echter dat het werken aan robuuste regio’s en het komen tot standaardisatie vele jaren zal duren terwijl de beschikbaarheid van hoogspecialistische jeugdhulp op dit moment onder druk staat.
Zolang nog geen sprake is van robuuste regio's en van standaardisatie zijn de risico's van contractering op regionaal niveau de komende jaren nog groot. Daarom pleiten we tijdens transformatie voor landelijke inkoop van hoogspecialistische jeugdhulp in 3M, Jeugdzorg Plus en alternatieven voor Jeugdzorg Plus.

Dan nog een paar specifieke vragen bij de tekst:
a. LTA geen verplichting meer?

Over het LTA staat genoemd:
In het onwaarschijnlijke geval dat één of meer gemeenten in een regio evenwel geen gebruik maakt van het landelijk gecontracteerde aanbod, geldt de verplichting voor alle gemeenten in die regio om de Jeugdregio te belasten met het regionaal contracteren van de betreffende hoogspecialistische jeugdhulpvorm.

In de huidige situatie kan alleen een regio als thuisregio buiten het LTA om regionaal contracteren op dezelfde condities als in LTA is afgesproken.

Gaat dit nu veranderen?

b. Regiovisie
Opvallend in de tekst is dat voor wat betreft de regiovisie de focus ligt op wachttijden.
Je zou verwachten dat hier de nadruk wordt gelegd op het formuleren van een visie op het zorglandschap: hebben we een dekkend zorglandschap? Hoe zorgen we daar voor? Hoe borgen we beschikbaarheid van zorg in de regio?

c. BEN's en RET's
In het stuk wordt de verantwoordelijkheid van de RET's explicieter omschreven dan die van de BEN's terwijl de BEN's juist voor het borgen van de beschikbaarheid van zorg voor de meest kwetsbare kinderen een belangrijke rol hebben.

Vraag2

Uit het wetsvoorstel volgt dat jeugdhulpvormen (minimaal) regionaal moeten worden ingekocht als is voldaan aan één of meer van de volgende criteria:
• schaarste van de vraag;
• schaarste van het aanbod;
• de complexiteit van de problematiek in combinatie met de daarvoor benodigde multidisciplinaire specialistische expertise;
• het volume dat een jeugdhulpaanbieder nodig heeft om verantwoorde jeugdhulp te kunnen leveren;
• het volume dat een jeugdhulpaanbieder nodig heeft om een gezonde bedrijfsvoering te kunnen voeren.

2. Voldoen de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit aan deze criteria? Zo nee, welke jeugdhulpvorm(en) niet en waarom?
3. Ontbreken er jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit? Zo ja, welke?
4. Zijn de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit duidelijk genoeg afgebakend ten opzichte van jeugdhulpvormen die lokaal kunnen worden ingekocht?
2.1
Wat ons betreft voldoen deze jeugdhulpvormen aan deze criteria.
Echter, de suggestie die in het ontwerpbesluit zit dat het merendeel van deze hulpvormen regionaal ingekocht kan worden onderschrijven we niet, zolang er nog geen sprake is van standaardisatie en robuuste regio’s.
In 2.2.4 staat: Er is bovenregionale afstemming nodig voor gesloten jeugdhulp met verblijf, drie milieusvoorzieningen met verblijf, complexe verslavingsproblematiek en crisishulp.
Je kan hierin lezen dat al vast staat dat genoemde zorgvormen per definitie niet op het landelijke niveau zullen worden ingekocht terwijl dit voorlopig ten behoeve van beschikbaarheid wel noodzakelijk is zolang regio’s nog onvoldoende robuust zijn.
De beschikbaarheid en continuïteit van deze functies is de afgelopen periode flink onder druk komen te staan oa vanwege een te grote diversiteit in het jeugdhulpstelsel in vormen van inkoop, contracten, tarieven, aanbestedingsvormen en verantwoordingseisen.
We pleiten daarom op (voorlopig) behoud van het LTA, met een opschoning van een aantal huidige functies in het LTA (passen deze binnen de criteria van landelijke inkoop) en uitbreiding van zorgvormen zoals hierboven geschetst. Daarmee helpt het LTA in de stappen die gezet moeten worden ten behoeve van standaardisatie en harmonisatie.



Overige noties bij de concept tekst zoals die nu voorligt
a. Bovenregionale afstemming zoals in 2.2.4 genoemd betekent nog niet contractering terwijl op het punt van contractering de grootste risico's op dit moment spelen m.b.t. beschikbaarheid/continuiteit van hoogspecialistische jeugdhulp.
c. Het is belangrijk om te benoemen dat we onderscheid moeten maken tussen het niveau van inkoop/contractering en het niveau van uitvoering van jeugdhulp. Ook voor regionale en landelijk ingekochte zorg is het uitgangspunt deze zo thuis en/of dichtbij mogelijk te organiseren en ketensamenwerking op orde te hebben.
In de stukken loopt dit door elkaar.
2.2
Nee.
2.3 Wat betreft “jeugdhulp die verblijf van een jeugdige of ouder in een accommodatie gedurende ten minste een etmaal met zich breng (a)” dient toegevoegd te worden dat het om verblijf gaat waar sprake is van een combinatie van behandelen, wonen en onderwijs.

Vraag3

De omschrijving van de jeugdhulpvorm ‘gespecialiseerde ggz’ sluit aan bij de ggz-standaarden. In de praktijktest is de vraag besproken of deze omschrijving voldoende onderscheidende kenmerken bevat om voor de praktijk helder te maken wat er wel en niet valt onder deze jeugdhulpvorm. In dit kader leggen wij u een aantal vragen voor, specifiek over de gespecialiseerde ggz:

5. Voldoet het gehele aanbod van gespecialiseerde ggz aan de criteria uit het wetsvoorstel?
6. Is het mogelijk, op basis van de criteria van het wetsvoorstel, bepaalde kenmerken te onderscheiden van de zorgvraag en/of het zorgaanbod om te kunnen bepalen of het lokaal zou moeten worden ingekocht?
7. Zou het voor de duidelijkheid en bruikbaarheid in de praktijk helpen om bij de gespecialiseerde ggz kenmerken te noemen van de aanbieders van deze vorm van jeugdhulp en/of de wijze van behandeling die in het kader van deze jeugdhulpvorm plaatsvindt? Zo ja, waarom en welke eisen kunnen dat zijn? Zo nee, waarom niet?
Als jeugdzorgaanbieder is de vraag rondom GGZ voor ons minder van toepassing.

Bijlage