Besluit verbetering beschikbaarheid jeugdzorg
Reactie
Naam | Ieder(in) (Dhr. T.C.W. Maas) |
---|---|
Plaats | Utrecht |
Datum | 6 september 2024 |
Vraag1
1. Wilt u uw reactie geven op deze voorgestelde wijziging van het Besluit Jeugdwet?Ieder(in) wil graag gebruik maken van de mogelijkheid om te reageren op de voorgestelde wijziging van het Besluit Jeugdwet.
De reactie van Ieder(in) is gebaseerd op een aantal uitgangspunten waaronder het VN-verdrag Handicap, Het VN-Kinderrechtenverdrag en de uitgangspunten zoals genoemd en overeengekomen in de Hervormingsagenda Jeugd waaraan Ieder(in) constructief participeert. Het perspectief van jeugdigen, ouders en ervaringsdeskundigen met een beperking of chronische ziekte staat daarin centraal. Met name zij hebben een enorm belang, niet alleen bij verbetering van de beschikbaarheid van jeugdzorg, maar ook bij de toegankelijkheid ervan. Wij adviseren om in het verdere proces het voorgenomen besluit ter toetsing voor te leggen aan het College van de Rechten van de Mens.
Vraag2
Uit het wetsvoorstel volgt dat jeugdhulpvormen (minimaal) regionaal moeten worden ingekocht als is voldaan aan één of meer van de volgende criteria:• schaarste van de vraag;
• schaarste van het aanbod;
• de complexiteit van de problematiek in combinatie met de daarvoor benodigde multidisciplinaire specialistische expertise;
• het volume dat een jeugdhulpaanbieder nodig heeft om verantwoorde jeugdhulp te kunnen leveren;
• het volume dat een jeugdhulpaanbieder nodig heeft om een gezonde bedrijfsvoering te kunnen voeren.
2. Voldoen de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit aan deze criteria? Zo nee, welke jeugdhulpvorm(en) niet en waarom?
3. Ontbreken er jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit? Zo ja, welke?
4. Zijn de jeugdhulpvormen in het ontwerpbesluit duidelijk genoeg afgebakend ten opzichte van jeugdhulpvormen die lokaal kunnen worden ingekocht?
In de bijlage die toegevoegd is wordt naast antwoorden op boven gestelde vragen nog een aantal andere opmerkingen gemaakt ten aanzien van het ontwerpbesluit.
Vraag3
De omschrijving van de jeugdhulpvorm ‘gespecialiseerde ggz’ sluit aan bij de ggz-standaarden. In de praktijktest is de vraag besproken of deze omschrijving voldoende onderscheidende kenmerken bevat om voor de praktijk helder te maken wat er wel en niet valt onder deze jeugdhulpvorm. In dit kader leggen wij u een aantal vragen voor, specifiek over de gespecialiseerde ggz:5. Voldoet het gehele aanbod van gespecialiseerde ggz aan de criteria uit het wetsvoorstel?
6. Is het mogelijk, op basis van de criteria van het wetsvoorstel, bepaalde kenmerken te onderscheiden van de zorgvraag en/of het zorgaanbod om te kunnen bepalen of het lokaal zou moeten worden ingekocht?
7. Zou het voor de duidelijkheid en bruikbaarheid in de praktijk helpen om bij de gespecialiseerde ggz kenmerken te noemen van de aanbieders van deze vorm van jeugdhulp en/of de wijze van behandeling die in het kader van deze jeugdhulpvorm plaatsvindt? Zo ja, waarom en welke eisen kunnen dat zijn? Zo nee, waarom niet?
Zie de toegevoegde bijlage.