Wijziging van de Wet wapens en munitie (verkoop en dragen van messen)

Reactie

Vraag1

Het wetsvoorstel zorgt voor vrijheidsbeperking van welwillende burgers die geen misdaden plegen en lost geen problemen op. Bovendien wordt met de betreffende wet geen nieuwe oplossing geboden aangaande het (messen)geweld in Nederland.

Categorie IV van de Wet wapen en munitie voorziet al in mogelijkheden om op te treden tijdens situaties, namelijk:

“Voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij zijn bestemd om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen en die niet onder een van de andere categorieën vallen.”

Handhaving is met dit artikel prima mogelijk wanneer een situatie zich voordoet die verdacht is. Iemand die bijvoorbeeld een kapmes in de broek heeft verstopt kan dit in de meeste gevallen niet logisch onderbouwen. Dan kan het kapmes onder categorie IV vallen.

Veel kleinere messen, bijvoorbeeld een Zwitsers zakmes met een lemmet die niet op slot gezet kan worden, zijn in het dagelijks leven handige gereedschappen. Het kan worden onderbouwd dat zoiets handig is om een doos te openen, een appel te schillen, enz.

Zelfs in de Europese landen met zeer strikte wet- en regelgeving op het gebied van het dragen van messen gaat men niet zo ver als het beoogd wetsvoorstel. In het Verenigd Koninkrijk mag men bepaalde soorten (grotere) messen niet zomaar dragen. Maar een kleiner mes, die niet op slot kan, is wel prima.

Het beoogd wetsvoorstel is veel te zwart-wit hierin. Daardoor worden talloze welwillende burgers het slachtoffer van draconische wetgeving die bovendien niets oplost. Personen die immers rondlopen met messen met het oogmerk om hier geweld mee te plegen kunnen al worden gepakt middels het bovengenoemde artikel.

Kortom; zeer onverstandig en bovendien neerbuigend jegens de welwillende burger.