Vereenvoudiging belastingteruggaaf oninbare vorderingen
Reactie
Naam
|
Administratiecollectief (RBc J.L. Verbooy)
|
Plaats
|
Leiden
|
Datum
|
17 juli 2016
|
Vraag1
Hoe beoordeelt u de wijziging dat het recht op teruggaaf van betaalde btw en eventuele milieubelasting in ieder geval ontstaat voor zover een vordering één jaar na het opeisbaar worden nog niet is ontvangen?
Daar kan ik het mee eens zijn
Vraag2
Hoe beoordeelt u dat de teruggaaf wordt gerealiseerd via een vermindering op de aangifte?
Administratief het minst bewerkelijk. Akkoord dus.
Vraag4
Hoe beoordeelt u de verkorting van twee naar één jaar van de termijn waarna de afnemer de eerder in aftrek gebrachte btw weer verschuldigd wordt voor zover de vergoeding dan nog steeds niet is betaald?
Een verbetering.
Vraag5
Hoe beoordeelt u de vergelijkbare opzet voor de btw en de milieubelastingen? Wordt hiermee naar uw oordeel bereikt dat de regeling voor beide belastingen volgens hetzelfde stramien zal verlopen?
Lijkt mj te volgen.
Vraag6
Hoe beoordeelt u de voorgenomen regeling met betrekking tot vorderingen die aan een andere ondernemer zijn overgedragen?
Dit ljkt mij werkbaar.
Vraag7
Zijn er bepaalde zaken die u in dit stadium al onder de aandacht wil brengen over de vermindering van energiebelasting of belasting op leidingwater, in de situatie dat wordt gewerkt met voorschotbetalingen gevolgd door een periodieke eindafrekening?
Neen.
Vraag8
Welke concrete effecten verwacht u van de nieuwe regeling?
Snellere doorlooptijd, met name voor de OB belangrijk, waardoor de teruggave btw een voordeel voor de liquiditeit is.
Vraag9
Mist u nog bepaalde elementen of vereenvoudigingen in de voorgenomen regeling? Zijn er punten die wat u betreft verduidelijkt moeten worden?
Neen.