Toeristische verhuur van woonruimte

Reactie

Naam Van den Bosch & Partners (Mr R.M.M. Duits)
Plaats Sliedrecht
Datum 12 april 2019

Vraag1

Er kan op alle onderdelen van de wetswijziging worden gereageerd.
Het is een goede zaak om gemeenten instrumenten in handen te geven om de heffing van toeristenbelasting bij toeristische verhuur beter te kunnen regelen. Het ontbreekt gemeenten inderdaad aan mogelijkheden om bij platforms als Airbnb de aanbieders van verblijf te kunnen lokaliseren. Door het instellen van een registratieplicht krijgen gemeenten de potentiële verblijfbieders in woonruimten al beter in beeld. Door het instellen van een meldplicht bij daadwerkelijke verhuur kunnen gemeenten ook het verblijf dat leidt tot verschuldigdheid van de toeristenbelasting zelf monitoren. Dat kan echter pas als gemeenten een verbodsbepaling in een (huisvestings)verordening opnemen om meer dan een aantal dagen per jaar de woning in gebruik te geven voor toeristische verhuur. Wij begrijpen dat het een zwaar middel is om ieder betaald verblijf te melden bij B&W. Wij vragen ons echter af waarom deze bevoegdheid gekoppeld moet worden aan de instelling van het maximaal aantal dagen. Het belang van een juiste en volledige belastingheffing rechtvaardigt naar onze mening echter dat gemeenten gebruik kunnen maken van deze bevoegdheid ook zonder dat een maximum aantal dagen toeristische verhuur in een verordening is vastgelegd.

Het is een goede zaak dat de aangewezen toezichthouder van een gemeente bij ‘illegale’ advertenties (namelijk die waarin geen registratienummer is vermeld) bij de platforms informatie kan opvragen over de persoonsgegevens van aanbieders van het verblijf in woonruimten. Of bij platformen waarbij het hoofdkantoor in het buitenland gevestigd is (zoals Airbnb) het gekozen sanctiemiddel (het opleggen van een last onder dwangsom door het college van B&W) in de praktijk erg effectief zal blijken zijn, dient nog afgewacht te worden.
Het is in ieder geval noodzakelijk dat de verkregen informatie ook kan worden verwerkt voor “de heffing en invordering van de toeristenbelasting, bedoeld in artikel 224 van de Gemeentewet”. In het huidige wetsvoorstel is dat nog niet vastgelegd. De verwerking voor de toeristenbelasting is alleen vastgelegd voor de verkregen informatie van de aanbieders die netjes meewerken door zich te registreren en verblijf te melden bij de gemeente. Het is dus noodzakelijk om hiervoor nog een bepaling op te nemen.