Wet versterking waarborgfunctie Awb

Reactie

Naam nvt; ik ben met pensioen (mr. G.F.J. Krol)
Plaats Nijmegen
Datum 24 maart 2024

Vraag1

Op grond van de nu geldende bepalingen van de Awb moeten bestuursorganen in bepaalde omstandigheden belanghebbenden om een zienswijze vragen. Zie de artikelen 4:7 en 4:8 Awb (dit kan ook inhouden telefonisch contact opnemen met betrokkene). De huidige bepalingen in de Awb kennen een uitzondering hierop bij financiële beschikkingen (artikel 4:12 Awb). Omdat onjuiste financiële beschikkingen met een groot nadelig gevolg de bestaanszekerheid van de betrokkene aantasten, is in het wetsvoorstel opgenomen dat bestuursorganen in bepaalde omstandigheden toch om een zienswijze moeten vragen. Tegelijk kunnen bestuursorganen die grote aantallen financiële beschikkingen nemen niet steeds onverkort toepassing geven aan de artikelen 4:7 en 4:8 Awb.
De voorgestelde wijziging van artikel 4:12 Awb beoogt hierin het evenwicht te vinden.

Vraag: Bent u van mening dat het met deze wijziging voldoende duidelijk is wanneer bestuursorganen een zienswijze moeten vragen over een financieel besluit? Ziet u nog andere mogelijkheden om in de wet in te kaderen wanneer een zienswijze moet worden gevraagd (bijvoorbeeld via een drempelbedrag of het uitsluiten van processen die zich baseren op op andere wijze geverifieerde registraties)?
Ik heb hier helaas geen indringende mening.

Vraag2

Heeft u opmerkingen bij een of meer onderdelen van dit wetsvoorstel? Wat zou u anders willen zien? Wat ontbreekt er naar uw mening?
Ik ben wel van mening dat de staat van de rechtsstaat het eist dat de beginselencatalogus in de Awb uitgebreid wordt met het legaliteitsbeginsel. Ook verdient een dergelijke codificatie ook een uitwerking in andere wetten waaronder de organieke wetten zoals de Gemeentewet. Dat is een krachtige manier om het rechtsstatelijk besef en de rechtsstatelijke cultuur in bestuurlijke gremia te bevorderen. Ik voeg een notitie over dit thema.

Bijlage