Wetsvoorstel beëindigingsgrond uitkeringen bij jihadisme
Reactie
Naam
|
R. van Bakel
|
Plaats
|
Leiden
|
Datum
|
7 mei 2016
|
Vraag1
U kunt op alle onderdelen van het voorstel reageren.
Dit voorstel tot wetswijzigingen roept een aantal vragen op:
Wat is een gegrond vermoeden? Wie bepaalt dat iemand schuldig is en wie controleert diegene die dat bepaalt? Kan “bescherming van de informatiebron” ook niet betekenen dat mensen de dupe kunnen worden van valse aangiften? Als iemand met gegronde redenen moet weerleggen dat hij geen uitreiziger is (geweest), is er dan geen sprake van omgekeerde bewijslast? Na hoeveel tijd moet iemand nog aan kunnen tonen dat hij in een bepaalde periode in Nederland is geweest?
Zal de term “terrorisme” steeds dezelfde definitie/betekenis houden? Wanneer is iemand terrorist en wanneer verzetsstrijder? Welke groeperingen worden nu terroristisch genoemd en is het mogelijk dat in een later stadium ook andere groeperingen worden toegevoegd aan de huidige definitie/betekenis? Gaan die groeperingen dan ook vallen onder deze voorgestelde wetswijzigingen, zonder nadere wetswijzigingsvoorstellen? Is de regering zich bewust van dit hellend vlak?
Als budgettaire effecten bij de uitkeringslasten verwaarloosbaar zijn, omdat het om maar weinig personen gaat en omdat het in de meeste gevallen gaat om uitkeringen met lage bedragen, waarom wordt er dan al deze moeite gedaan?
Zijn de uitvoeringskosten inderdaad gering? Ook als het gaat om slechts tientallen personen per jaar, wordt er dan niet van mogelijk wel honderden uitgezocht of zij schuldig zijn? Wordt bij die onschuldigen de uitreisprikkel dan niet juist geactiveerd?
Als het niet de bedoeling is dat geld uit Nederland naar het buitenland verdwijnt voor oorlogsvoering, is het dan wel mogelijk dat er geld Nederland binnenkomt door de verkoop van oorlogsmaterieel aan het buitenland?
Horen bij een aanpak preventie van radicalisering ook geen maatregelen ter voorkoming van verdere brandstichting aan moskeeën? Of vallen die brandstichters niet onder de noemer geradicaliseerden?
Als deze maatregel erop gericht is de dreiging, die kán uitgaan van Nederlanders die zich hebben aangesloten bij een terroristische organisatie, te verminderen, wordt deze dan ook van toepassing op mensen die hun partner of kinderen (dreigen te) mishandelen?
Verder: Kan voor “uitreiziger” niet een ander woord worden bedacht, want een emigrant, wereldreiziger of expat is ook een uit het land gereisde.