Wet milieubeheer RED-III

Reactie

Naam ONYX-Power (MSc J.L. Brouwer)
Plaats Rotterdam Maasvlakte
Datum 1 november 2023

Vraag1

Wij nodigen u uit een reactie te geven op de volgende vragen:
1. Heeft u vragen, opmerkingen en/of suggesties over sectorsturing zoals opgenomen in de wet en/of de toelichting?
2. Heeft u vragen, opmerkingen en/of suggesties over CO2-ketenemissiesturing zoals opgenomen in de wet en/of de toelichting?
3. Heeft u vragen, opmerkingen en/of suggesties over een inboekdienstverlener voor hernieuwbare elektriciteitsleveringen zoals opgenomen in de wet en/of de toelichting?
4. Heeft u vragen, opmerkingen en/of suggesties over een raffinageverplichting zoals opgenomen in de wet en/of de toelichting?
5. Heeft u vragen, opmerkingen en/of suggesties bij andere onderdelen van de wet en/of de toelichting?
Inbreng internetconsultatie
Onder de Europese richtlijn RED III komt een gebruiksverplichting voor de industrie van hernieuwbare waterstof van 42% in 2030 en 65% in 2035. In 2030 moet dus 42% van het totale waterstof gebruik in de industrie hernieuwbaar zijn en in 2035 65%. Dit betekent dat er een ‘ruimte’ is voor het gebruik blauwe waterstof van 58% in 2030 en 35% in 2035. Doordat de Europese RED III richtlijn ruimte laat voor blauwe waterstof is het verstandig deze ruimte ook een positie te geven in het wettelijk kader en bij voorkeur het Wetsvoorstel Milieubeheer RED III.

Met het wetsvoorstel Milieubeheer RED III wordt gekozen voor de optie van een emissiereductie over de gehele vervoersketen (artikel 9.7.). Als dit het beoogde doel van het wetsvoorstel is, moet niet enkel hernieuwbare waterstof kunnen bijdragen aan de reductiedoelstelling. De vraag is hoe blauwe waterstof een plek kan krijgen binnen het wettelijk kader, zodat deze snel opschaalbare oplossing een beter gefundeerde wettelijke grondslag krijgt. De ‘Afname Verplichting Groene Waterstof’studie van CE-Delft heeft aangetoond dat het vervangen van grijze waterstof door blauwe of groene waterstof een CO2-reductie van 2.6-3,7 Mton kan bewerkstelligen. Dat is 18%-26% van de gehele reductieopgave van de industrie.

Raffinaderijen moeten onder het wetsvoorstel hun waterstof gebruik bijhouden. Voor het gebruik van hernieuwbare waterstof i.p.v. grijze waterstof komt er een zogenaamde ‘raffinagereductie-eenheid’ (artikel 9.8.3.1). Deze vertegenwoordigt een bijdrage aan de jaarverplichting van één Kg CO2-equivalent-ketenemissiereductie. Een raffinagereductie-eenheid kan verhandeld worden met andere raffinaderijen en vervoerssectoren om de CO2-reductie doelstelling in de vervoerssector te behalen. Als in dit wetsvoorstel ingezet wordt op CO2-reductie over de vervoersketen en de raffinagereductie-eenheid representeert daarbinnen een equivalent van reductie aan ketenemissies, dan moet ook het gebruik van blauwe waterstof in raffinaderijen die conventionele (vervoers)brandstoffen produceren kunnen bijdragen aan zo’n eenheid.