Voorstel voor een Wet op de defensiegereedheid

Reactie

Vraag1

Het uitgangspunt "Veiligheid is de basis van onze manier van leven. " is niet gewettigd: menselijk leven op aarde is intrinsiek een 'gevaarlijk' proces dat onafwendbaar leidt tot de (fysieke) dood.
Door "veiligheid" vooruit te schuiven als basis, wordt op collectieve wijze "zingeving" van ondergeschikt belang gemaakt. Individuele mensen zijn evenwel in staat en bereid tot het afwegeen en dragen van bepaalde risico's verbonden met bezigheden die zij zinvol achten.
Aldus treedt de wetgever op een disproprtionele wijze in de plaats van individuele mensen voor het vormgeven van hun aardse leven: de nagestreefde doelstelling van voldoende collectieve 'veiligheid' kan niet anders begrepen worden dan het vrijwaren van voldoende ruimte voor individuele beschikking over de zinvolle inrichting van het eigen leven (eerder dan onder een 'bezetting' door een 'vreemde macht' te moeten leven), terwijl die ruimte juist overmatig verkleint door de voorgestelde Wet en terwijl er andere wat dit betreft veel minder ingrijpende middelen voorhanden zijn om het hoofd te bieden aan de vermeende dreiging op bezetting door een vreemde macht, zoals diplomatie en het concreet vorm geven aan verbinding tussen de betrokken volkeren door middel van wederzijdse hulp, handelsrelaties, culturele uitwisselingen en dergelijke waaraan individuele mensen ook een belangrijke zingeving kunnen beleven.
Besluit: het Voorstel van Wet is in strijd met de fundamentele rechten van mensen op het leiden van een menswaardig leven en is aldus in strijd met de Grondwet. Het Voorstel van Wet moet worden ingetrokken.