Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen

Reactie

Naam W.H. Bel
Plaats Leiden
Datum 4 december 2019

Vraag1

U kunt reageren op alle onderdelen.
In de toelichting op dit wetsvoorstel, onderdeel 'uitbreiding fiscale ruimte voor het sparen van bovenwettelijk verlof' (punt 4 van de MvT) wordt vermeld dat het voorstel "werknemers de ruimte [geeft] om zelf hun duurzame inzetbaarheid te vergroten, bijvoorbeeld door het extra gespaarde verlof in te zetten om een aantal jaren voor de pensioenleeftijd minder te gaan werken (…). Daarnaast geeft het werknemers de ruimte om eerder te stoppen met werken, met behoud van salaris".

Bij lezing van de toelichting zag ik qua doelstelling de overeenkomst met de levensloopsregeling, waarvoor op 31 december 2021 het doek valt. Bij de afschaffing van die regeling speelde o.a. mee dat de levensloopregeling in de praktijk werd gebruikt om eerder te stoppen met werken. En dat paste enige tijd terug niet in het beleid om vroegpensioen te ontmoedigen.

Met het pensioenakkoord is daarin een kentering gekomen. Ik zou er daarom voor willen pleiten om het overgangsrecht bij de afschaffing van de levensloopregeling aan te passen in die zin dat het ook na 31 december 2021 mogelijk blijft om de gespaarde bedragen op te nemen met het doel eerder te stoppen met werken of een aantal jaren voor de pensioenleeftijd minder te gaan werken. Dit zal zeker de deelnemers aan de levensloopregeling tegemoet komen die gelet op hun leeftijd niet meer in staat zijn om voldoende bovenwettelijk verlof te sparen voor dit doel.