Wet kostenverhaal huisvesting vergunninghouders

Reactie

Naam Gemeente Valkenswaard (D. Willems)
Plaats Valkenswaard
Datum 22 november 2016

Vraag1

Wilt u reageren op het wetsvoorstel kostenverhaal huisvesting vergunninghouders? Dan kunt u hier reactie geven.
‘De gemeente Valkenswaard heeft bezwaren m.b.t. het wetsvoorstel. Deze zijn:

Motivatie
Het wetsvoorstel suggereert dat er sprake is van het niet gemotiveerd zijn van gemeenten om de taakstelling te halen. Een financiële prikkel in de vorm van kostenverhaal zou er voor zorgen dat gemeenten gemotiveerd worden de taakstelling alsnog te halen. Dit suggereert dat er sprake is van onwil bij alle gemeenten die niet aan de taakstelling voldoen.
Dit gaat volledig voorbij aan de wil en alle inspanningen van onze gemeente (en ongetwijfeld vele andere gemeenten) om aan de taakstelling te voldoen.

Verschoonbare redenen
Om het toezicht van de Provincie niet te doorkruisen en rekening te houden met factoren buiten invloedsfeer van gemeenten, wordt er door Gedeputeerde staten beoordeeld of er sprake is van verschoonbare redenen. Deze worden echter veel enger gedefinieerd dan het geval is bij interbestuurlijk toezicht door Provincie (nl. alleen als COA niet in staat is voldoende koppelingen te realiseren).

Een gemeente is van vele factoren en partijen afhankelijk. Bijvoorbeeld het aantal huurwoningen dat vrijkomt in een gemeente en de bereidheid van de corporaties om deze in te zetten voor de huisvesting van statushouders. Als die bereidheid er is, vindt er vervolgens verdringing plaats op de woningmarkt van andere urgente en reguliere woningzoekenden. Uitbreiding van de sociale woningvoorraad is dan de enige structurele oplossing. Voor uitbreiding van de sociale woningvoorraad is medewerking van de Provincie noodzakelijk. Provincies sturen vaak op een maximaal aantal te realiseren woningen met als gevolg dat er geen nieuwe (binnenstedelijke) locaties kunnen worden ontwikkeld. Bovendien brengen de ruimtelijke procedures vaak lange doorlooptijden met zich mee, waardoor het niet heel snel te realiseren valt.
Dit betekent dat er vaak situaties zijn waarbij de gemeente druk doende is met huisvestingsmogelijkheden, maar nog niet in staat is direct te voldoen aan de taakstelling.
Er zou onderscheid gemaakt moeten worden in gemeenten die geen actie ondernemen en gemeenten die wel acties ondernemen, maar nog niet aan taakstelling kunnen voldoen of zelfs niet in de positie zijn om extra huisvesting te realiseren in het sociale huursegment, het segment waarop de statushouders zijn aangewezen. Elke tijdelijke oplossing zal immers opgevolgd moeten worden met een structurele oplossing.’