Wet op het lerarenregister
Reactie
Naam | Summa College (directeur HRM W.J.E. de Koning) |
---|---|
Plaats | Eindhoven |
Datum | 22 februari 2015 |
Vraag1
Denkt u dat met het voorgestelde wettelijk verplichte lerarenregister leraren adequaat worden gestimuleerd om stelselmatig te werken aan hun professionele ontwikkeling?Ja. Een wettelijk verankerde verplichting tot werken aan de eigen professionele ontwikkeling en daarover verantwoording afleggen acht ik passend gegeven het grote maatschappelijke belang van goed onderwijs (en dit staat of valt voor een groot deel met de kwaliteit van de docent).
Een aandachtspunt is de inrichting van het register: deze moet voldoende passen bij de sectorspecifieke behoeften. Voor het MBO betekent dit ook opname in het register van onderwijsinstructeurs, die immers mede deel uitmaken van het onderwijsteam en daarmee -net als docenten- een belangrijke rol spelen bij de te leveren onderwijsprestatie.
Vraag2
Denkt u dat de drie elementen van het wetsvoorstel – lerarenregister, omschrijving van het beroep en professionele ruimte – bijdragen aan versterking van de positie van leraren in de school?In het MBO heeft het onderwijsteam (en niet primair de individuele docent) een centrale rol. De professionele ruimte is goed omschreven in het Professioneel Statuut; een daarvan afwijkende wettelijke omschrijving is naar mijn mening niet wenselijk.
Vraag5
Op basis van welke aanduiding van hun positie kan dit voorstel het beste recht doen aan de zij-instromers in het mbo?* zie toelichting op vraag 5 onder documenten.
Een zij-instromer (deze zijn voor het MBO van groot belang vanwege de verbinding met het bedrijfsleven) moet in het register zoveel mogelijk worden gezien als een volwaardig docent.