Wet op het lerarenregister
Reactie
Naam | Drs M Roelofs |
---|---|
Plaats | Nijmegen |
Datum | 4 februari 2015 |
Vraag1
Denkt u dat met het voorgestelde wettelijk verplichte lerarenregister leraren adequaat worden gestimuleerd om stelselmatig te werken aan hun professionele ontwikkeling?Nee. Het allerbelangrijkste is niet geborgd: de basis. Een leraar dient allereerst startbekwaam te zijn. Dat wil zeggen dat hij heeft aangetoond te voldoen aan de minimale eisen op het gebied van vakinhoudelijke kennis en didactische vaardigheden. Hij toont dat aan dmv zijn bevoegdheid. Het heeft geen zin in een register bij te houden of iemand opfriscursussen volgt wanneer in 25% van alle gevallen (zoveel lessen worden er in het VO momenteel onbevoegd gegeven) niet eens voldaan is aan datgene wat aan die opfriscursussen vooraf zou moeten gaan.
Vraag2
Denkt u dat de drie elementen van het wetsvoorstel – lerarenregister, omschrijving van het beroep en professionele ruimte – bijdragen aan versterking van de positie van leraren in de school?Zeer zeker niet. Om de bij 1) gegeven redenen, en omdat ik het juist als een sterke beperking van mijn professionele ruimte ervaar als ik verplicht naar cursusjes moet van bedroevend niveau terwijl ik ook diepgaande, interessante vakliteratuur had kunnen lezen. Maar het lezen van die vakliteratuur laat zich niet 'bewijzen' en telt dus niet mee. Dramatisch, dat afvinkfetisjisme. Terwijl aan het allereerste, allerbelangrijkste bewijs, de bevoegdheid, nauwelijks belang wordt gehecht.
Vraag3
Denkt u dat met het zichtbaar maken van de mate waarin onderwijs wordt gegeven door leraren die nog aan de bekwaamheidseisen moeten voldoen, in het voortgezet onderwijs voldoende stimulans ontstaat om het onbevoegd lesgeven terug te dringen?Natuurlijk niet. Dat moet veel effectiever aangepakt worden. Een kwart van de lessen onbevoegd gegeven is veel teveel. Daar helpt geen slap voorzichtig 'terugdringen' tegen, daar is een ferme aanpak voor nodig: dwing schoolbesturen hun onbevoegde leraren te faciliteren in tijd en geld om z.s.m. de bevoegdheid te behalen. Dwing schoolbesturen ouders te informeren bij welke vakken hun kind les krijgt van een leraar die de bevoegdheid bezit om dat vak in dat leerjaar op dat schooltype te mogen geven. De tijd van pappen en nathouden moet nu echt eens voorbij zijn.
Vraag4
Ziet u de opname van de artikelen die zien op de vorm en inhoud van het lerarenregister in de Wet op het onderwijstoezicht als passend?Nee, want zoals bij 1) en 2) aangegeven ligt in het register veel teveel nadruk op de bijscholing, en veel te weinig op de initiele scholing. Zorg eerst eens dat niet meer 25%, maar 2,5% (een paar stagiaires heeft elke school en dat is prima) van de lessen wordt gegeven door iemand die de initiele scholing mist om die les te mogen geven, en ga DAN pas kijken of men regelmatig aan nascholing doet. Een arts moet -terecht- z'n vak bijhouden om z'n registratie te behouden, maar wie uberhaupt geen artsopleiding heeft krijgt geen registratie. Dat is hoe het hoort en hoe het ook bij het lerarenregister zou moeten zijn.
Vraag5
Op basis van welke aanduiding van hun positie kan dit voorstel het beste recht doen aan de zij-instromers in het mbo?* zie toelichting op vraag 5 onder documenten.
Niet. Het register moet alleen openstaan voor bevoegde docenten. Zodra een zij-instromer zijn bevoegdheid heeft gehaald kan hij zich laten registreren. De medisch student staat ook niet in het BIG-register. Het leraarsberoep serieus nemen is met het lerarenregister omgaan zoals met het artsenregister wordt omgegaan.