Wetsvoorstel profielen vmbo
Reactie
Naam | VO-raad (H.C.M. Van Oostrom) |
---|---|
Plaats | Utrecht |
Datum | 28 mei 2014 |
Vraag1
Met dit wetsvoorstel worden de huidige sectoren en afdelingen in het vmbo vervangen door profielen.Wat vindt u van de invoering van de tien voorgestelde profielen in de basisberoepsgerichte, de kaderberoepsgerichte en de gemengde leerweg?
Profielen cq. profielvakken beroepsgerichte/gemengde leerweg
01. Bouwen, wonen en interieur;
02. Produceren, installeren en energie;
03. Mobiliteit en transport;
04. Media, vormgeving en ICT;
05. Maritiem en techniek;
06. Zorg en welzijn;
07. Economie en ondernemen;
08. Horeca, bakkerij en recreatie;
09. Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel;
10. Dienstverlening en producten.
De VO-raad pleit voor een beroepsgerichte programmastructuur die ‘lean and mean’ is. Een aanzienlijke reductie van het aantal beroepsgerichte programma’s was ook uitdrukkelijk een van de doelen van de vernieuwing. Het voorstel voor 10 profielen vinden we onvoldoende recht doen aan dat uitgangspunt. Bij dit uitgangspunt past een aanbod van maximaal 6 of 7 profielen beter. De gekozen opbouw van profiel- en keuzedelen in combinatie met specifieke routes vmbo-mbo (vakmanschapsroute, technologieroute) voorziet in ruimte om programma’s in een eigen context en op eigen wijze (breed of smal) in te richten. De VO-raad pleit voor oplossingen binnen de structuur, in plaats van uitbreiding van de structuur met nieuwe profielen, waarbij wensen van smalle, specifieke groepen worden gehonoreerd. Hiermee ontstaat er wederom een gerede kans op een versnipperd aanbod, met directe consequenties voor de organiseerbaarheid van dat aanbod. We zien daarnaast ook enige onevenwichtigheid in de structuur: 5 ‘technische profielen’ tegenover 1 profiel voor zorg en welzijn. Ook het aanwijzen van media, vormgeving en ICT als ‘technisch’ profiel wekt bevreemding. Dat profiel zou – vanuit een inhoudelijke invalshoek - evengoed als economisch profiel aangemerkt kunnen worden.
Vraag2
Wat vindt van de invoering van de voorgestelde profielen in de theoretische leerweg?Profielen theoretische leerweg
01. Natuur en techniek;
02. Zorg en welzijn;
03. Economie en ondernemen;
04. Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel
In feite betreft dit nu alleen een naamswijziging. De naamgeving in dit voorstel hinkt op twee gedachten: handhaving van de oude namen met kleine toevoegingen. Deze nieuwe indeling voegt weinig toe aan de bestaande indeling en straalt weinig ambitie/vernieuwing uit voor de TL. Ook is een gedateerd woord als landbouw gehandhaafd Verder is het onderscheid tussen ‘natuur en techniek’ en ‘natuurlijke omgeving’ in dit voorstel niet helder. Voor leerlingen werkt dit mogelijk verwarrend.
De VO-raad pleit – om recht te doen aan een goede voorbereiding op het vervolgonderwijs - een structurele uitbreiding van het curriculum van de TL met een beroepsgericht of beroepsoriënterend programma of – in geval van doorstroom naar het havo - een zevende vak en dit mee te nemen in de herziening van het bekostigingsmodel.
Vraag3
Wat vindt u er van dat loopbaanoriëntatie- en begeleiding (lob) een verplicht onderdeel wordt van alle profielvakken?Expliciete aandacht voor LOB is belangrijk omdat leerlingen al op jonge leeftijd in ons stelsel richtinggevende keuzes moeten maken. Verankering in de examenprogramma’s en – daarmee - vertaling naar het individuele leerlingniveau draagt bij aan een goede borging van LOB.
Vraag4
a. Wat vindt u er van dat scholen vrij zijn in hun aanbod van beroepsgerichte keuzevakken?b. Wat vindt u er van dat de beroepsgerichte keuzevakken elk afzonderlijk worden afgesloten met schoolexamens?
a. De VO-raad staat achter dit principe van een vrij aanbod van beroepsgerichte keuzevakken. Dat zorgt voor veel keuze- en invullingsmogelijkheden voor de school en voor de leerling. Wel wil de VO-raad ervoor waarschuwen dat via een ‘verkapte’ route van keuzevakken volledige profielen worden aangeboden door scholen die niet over de juiste licentie voor het profiel beschikken. Daar is de raad geen voorstander van. Een belangrijk argument daarvoor is dat profielen dan niet landelijk vergelijkbaar zijn: op de ene school is het profiel dan via het SE getoetst en op een andere school via het CE. Dat kan zelfs voor leerlingen binnen één school voorkomen, en dit is lastig te verantwoorden naar leerlingen, ouders en het vervolgonderwijs. Ook adviseren wij om de keuze van AOC-instellingen om ‘grijze’ keuzedelen aan te bieden via afspraken in het RPO te laten lopen evenals een eventuele uitbreiding van het aanbod met het profiel Dienstverlening en producten, zoals ook wordt voorgesteld.
b. De VO-raad onderschrijft dit voorstel. Wel bepleiten we – vanuit het oogpunt van efficiëntie en het streven naar goede – uniforme - kwaliteitsmaatstaven - voor een inrichting van bijvoorbeeld en examenbank voor ‘keuzedelen’ waar scholen desgewenst gebruik van kunnen maken. Ook willen we – om de nieuwe structuur zo goed mogelijk tot bloei te laten komen en een optimale relatie tussen inhoud van het programma/leerstofopbouw en de examinering van een programma te bewerkstelligen – een pleidooi houden voor meer flexibiliteit in de examinering: het gaat dan om de omdraaien van de volgorde van CE en SE en meer afnamemomenten – verdeeld over het jaar - voor het CSPE.
De wens om het CE en SE ook te mogen omdraaien houdt verband met de opbouw van het programma: keuzedelen zorgen in een aantal gevallen voor verdieping van de profieldelen. Het is dan logisch om eerst de basis te examineren en – als een leerling dat goed beheerst – aan verdiepende keuzedelen te gaan werken. Ook kunnen keuzedelen zo beter ingezet worden om de aansluiting met het mbo te versoepelen. Daarbij benadrukken we dat het beroepsgerichte programma slechts één van de vakken is die een leerling afsluit, dus dat het niet in totaliteit gaat om het omdraaien van SE en CE .
Vraag5
a. In hoeverre denkt u dat - door de invoering van beroepsgerichte profielen en een vrij aanbod van beroepsgerichte keuzevakken - de doelen van deze wet:- Vernieuwde beroepsgerichte programma’s
- Overzichtelijk aanbod
- Organiseerbaar aanbod
- Aansluiting op de regio
- Profilering van scholen
- Maatwerk voor alle leerlingen
- Divers aanbod
gehaald worden?
b. Kunt u per doel aangeven waarom u tot uw inschatting bent gekomen?
- Vernieuwde beroepsgerichte programma’s
Goed. De belangrijkste vernieuwing zit niet zozeer in de inhoud van de programma’s maar in de flexibele structuur en opzet van de programma’s. De globale omschrijving van de examenprogramma’s biedt voorts behoorlijk veel ruimte voor een eigen invulling of eigen accenten
- Overzichtelijk aanbod
Beperkt. Zie hiervoor onze eerdere reactie bij het aantal profielen.
- Organiseerbaar aanbod
Beperkt. Zie hiervoor onze eerdere reactie bij het aantal profielen.
- Aansluiting op de regio
Goed: scholen kunnen keuzes maken die passen bij of inspelen op de situatie in de regio.
- Profilering van scholen
Goed: de flexibele structuur biedt hiervoor ruime mogelijkheden.
- Maatwerk voor alle leerlingen
Goed. De structuur biedt hiertoe op zichzelf volop mogelijkheden, echter het is een illusie te veronderstellen dat er voor elke leerling een beroepsgericht programma op maat kan worden geboden. Scholen zullen zelf keuzes maken in de profielen en keuzedelen die passen bij hun visie op onderwijs, hun omvang en hun leerlingenpopulatie. Daarbij is een bepaalde schaalgrootte en omvang nodig om het onderwijs doelmatig te kunnen organiseren.
- Divers aanbod
Goed. Hiertoe biedt de structuur ruime mogelijkheden.
Vraag6
Wat vindt u van de voorgestelde omzetting van huidig aanbod naar nieuw aanbod (zie paragraaf 3.4.1 van de memorie van toelichting en de artikelsgewijze toelichting bij artikel XII van het concept-wetsvoorstel)?We kunnen ons vinden in de grote lijn van het voorstel. Dit is ook grotendeels conform het voorstel dat de ALV van de VO-raad in mei 2013 heeft aangenomen. Wel plaatst de VO-raad kanttekeningen bij de beperking die geldt voor het aanbod van het profiel media, vormgeving en ICT. In onze optiek zou dit profiel niet alleen voorbehouden moeten zijn aan scholen die nu grafimedia of de ICT-leerroute aanbieden of aan de stichtingsnorm voldoen. Dit profiel zou ook in RPO-verband verkregen moeten kunnen worden, zeker aan scholen die nu al een doorlopende leerlijn aanbieden (bijvoorbeeld gericht op de kwalificatie ‘signmaker’), maar niet alleen deze scholen. De normen voor stichting liggen zodanig hoog dat dit niet reëel is om op basis hiervan een licentie te verkrijgen.
Daarnaast is het wetsvoorstel onduidelijk over de ‘verzilvering’ van het aantal licenties. Uit de memorie van toelichting op het wetsvoorstel (pagina 27) lijkt dat bij omzetting sprake is van een begrenzing van maximaal twee [per sector] profielen. Dat is in het geval van Techniek – waar sprake is van 4 [5] profielen - ongewenst.
De VO-raad pleit voor terughoudendheid bij het verzilveren van via het RPO verkregen onderliggende licenties. Deze zijn immers destijds ten behoeve van een ander doel verstrekt.
Vraag7
Heeft u nog andere opmerkingen bij dit wetsvoorstel?Benamingen
Wij vinden de gekozen benamingen in het wetsvoorstel (profielen, profielvakken, keuzevakken) en het onderbrengen van het beroepsgerichte programma in zowel het profieldeel als het vrije deel voor veel verwarring zorgen. Het beroepsgerichte programma is één samenhangend programma dat ook resulteert in één eindcijfer op het diploma. Ten onrechte wordt door de gekozen benaming de indruk gewekt dat er sprake is van meerdere vakken.
Profieldelen en keuzedelen zijn inmiddels ingeburgerde fenomenen. Ons advies is om hier zo dicht mogelijk bij aan te sluiten of om een omschrijving als verplichte/keuze ‘modulen’ te hanteren. We denken graag mee over een alternatief.
Invoeringsdatum
De VO-raad is van mening dat scholen die eerder willen starten met de implementatie van de nieuwe profielen deze mogelijkheid moeten krijgen. Het belang van de vernieuwing wordt breed onderschreven en er zou een verkeerd signaal van uit gaan als scholen onnodig moeten wachten tot de verplichte invoeringsdatum. Andere scholen kunnen bovendien profiteren van de ervaringen van de scholen die eerder starten.
Bevoegdheden
Graag vragen wij aandacht voor de regeling van de bevoegdheden voor vmbo-docenten. De wet- en regelgeving sluit al geruime tijd niet meer aan bij de dagelijkse praktijk in het vmbo en behoeft meer prioriteit en aandacht dan het nu krijgt.