Wetsvoorstel profielen vmbo
Reactie
Naam | Platform vmbo groen - AOC Raad (K.M. Laarveld) |
---|---|
Plaats | Ede |
Datum | 28 mei 2014 |
Vraag2
Wat vindt van de invoering van de voorgestelde profielen in de theoretische leerweg?Profielen theoretische leerweg
01. Natuur en techniek;
02. Zorg en welzijn;
03. Economie en ondernemen;
04. Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel
Een goede keuze. Alleen vinden wij (= platform vmbo van de AOC Raad) de naam Natuur en techniek voor profiel 1 niet wenselijk naast de voorgestelde naam voor ons profiel Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel. BIj vraag 7 van deze consultatie staat onze afkeuring voor de naam Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsell beargumenteerd beschreven. Met daarbij het voorstel om in plaats daarvan te kiezen voor de naam Groen voor het profiel. Door te kiezen voor deze profielnaam is de dubbeling verholpen, maar blijft de kans op verwarring over de inhoud van profiel 1 bestaan.
Vraag3
Wat vindt u er van dat loopbaanoriëntatie- en begeleiding (lob) een verplicht onderdeel wordt van alle profielvakken?Uitstekend. Vergt wel de nodige inspanning en afstemming met het mbo. In het belang van de leerling en om recht te doen aan de inspanningen van zowel de leerling als de school moet het mbo het lbo portfolio van de leerling serieus nemen en benutten bij de intake en het vervolg van de leerloopbaan.
Vraag4
a. Wat vindt u er van dat scholen vrij zijn in hun aanbod van beroepsgerichte keuzevakken?b. Wat vindt u er van dat de beroepsgerichte keuzevakken elk afzonderlijk worden afgesloten met schoolexamens?
Beiden prima, maar pas optimaal te benutten en mits er ook sprake zal zijn van meer fllexibiliteit in volgorde en afname van examens.
Dan kunnen scholen ( per leerling) beslissen of ze of met het profiel of met de keuzedelen beginnen (of een combinatie) en op het moment dat een (groep) leerling(en) daaraan toe is, het centraal examen afnemen. Het mag niet zo zijn dat de leerlingen die eerst het profiel van het beroepsgerichte programma doen tot het eind van het vierde leerjaar moeten wachten voor ze centraal examen kunnen doen.
In het platform vmbo van de AOC Raad zag men veel kansen en mogelijkheden om te komen tot een betere afstemming en aansluiting op het mbo door te starten met profielvakken en de keuzedelen te benutten voor het tweede deel van de opleiding. Dat biedt ook de nodige aanknopingspunten en mogelijkheden om het mbo actief te betrekken bij het ontwikkelen, verzorgen en examineren van keuzedelen.
De ervaring die binnen het vmbo groen de afgelopen jaren is opgedaan met het flexibel afnemen van proeven van bekwaamheden (schoolexamens) leert dat deze wijze van examineren goed past bij het beroepsgerichte en praktische karakter van het vmbo (en de leerling) en voor scholen beter te managen en organiseren is dan examen op een vast, centraal moment. Het huidige CSPE als CE vorm legt,zo bleek afgelopen week opnieuw in de examenbespreking van het CSPE Landbouw een enorme organisatiedruk op de scholen. Er moeten veel examinatoren ingezet en vrijgemaakt worden, zowel binnen als buiten de school. Die zijn lange tijd niet beschikbaar voor hun reguliere taken waardoor lesuitval onvermijdelijk is. Wanneer scholen flexibel zijn in het inplannen en roosteren kunnen dit soort verstoringen van en in de schoolorganisatie voorkomen worden. Dezerust in de organisatie zal ook de leerling en zijn prestaties ten goede komen.
Vraag5
a. In hoeverre denkt u dat - door de invoering van beroepsgerichte profielen en een vrij aanbod van beroepsgerichte keuzevakken - de doelen van deze wet:- Vernieuwde beroepsgerichte programma’s
- Overzichtelijk aanbod
- Organiseerbaar aanbod
- Aansluiting op de regio
- Profilering van scholen
- Maatwerk voor alle leerlingen
- Divers aanbod
gehaald worden?
b. Kunt u per doel aangeven waarom u tot uw inschatting bent gekomen?
Aan deze doelen wordt in hoge mate voldaan. Mits aan de voorwaarde bij 4 voldaan wordt (flexibel examineren) en er geen sprake is van georganiseerde concurrentie tussen scholen. Dit laatste is het geval voor AOC's wanneer zoals nu gesteld in de wet, de licentie voor het profiel D&P door hen,in tegenstelling tot de meeste andere scholen in de regio,via het RPO geregeld moet worden. Bij vraag 7 wordt deze kritiek op het wetsvoorstel van de nodige tekst en uitleg en argumentatie voorzien. Onze reactie op vraag 7 bevat ook een voorstel om dit probleem te voorkomen zodat leerlingen echt optimaal kunnen kiezen en optimaal recht gedaan kan worden aan de uitvoering van het profiel D&P. Leerlingen ook binnen een groene context kunnen sectoroverstijgend vmbo onderwijs kunnen genieten.
Vraag6
Wat vindt u van de voorgestelde omzetting van huidig aanbod naar nieuw aanbod (zie paragraaf 3.4.1 van de memorie van toelichting en de artikelsgewijze toelichting bij artikel XII van het concept-wetsvoorstel)?Het platform vmbo groen is verheugd dat het voor AOC's mogelijk wordt ons aanbod uit te breiden met het profiel D&P. Groen is, mede dankzij de actieve inzet en inspanningen vanuit het platform vmbo- groen, een volwaardig onderdeel van D&P.Door D&P in onze groene context aan te bieden kunnen we de omvangrijke groep leerlingen op onze scholen die nog niet kan - of wil - kiezen voor een vervolgopleiding of beroep een betere oriëntatie en voorbereiding geven dan nu.
Maar tot onze grote teleurstelling moet een school, die voor 2014 – 2015, nog niet beschikt over een licentie Intersectoraal de licentie D&P moet regelen in een RPO.
Deze RPO-eis maak het voor een vmbo locatie van een AOC vrijwel onmogelijk om de licentie D&P te krijgen. Alle OCW-scholen hebben, in tegenstelling tot AOC’s, immers al jarenlang de mogelijkheid gehad tot verkrijging van de licentie voor een van de bestaande intersectorale programma’s en krijgen deze sectoroverstijgende licentie, ongeacht hun eigen profiel, als het ware cadeau. Wij moeten de licentie eerst nog verdienen.
AOC’s zijn vanwege hun omvang en hun verstrekkende (regio-overstijgende) spreiding een hele kleine speler in de verschillende RPO’s waar ze deel van uitmaken. RPO’s waar - hoe je het ook wendt of keert - altijd de macht van het grote getal geldt. Door deze RPO-eis wordt een AOC afhankelijk van de goodwill van de grote besturen. Grote besturen met scholen die, al, of eenmaal, in het bezit van een licentie D&P, niet zitten te wachten op een uitbreiding van het aanbod door nog een andere school.
De RPO-eis raakt in onze ogen het beginsel van gelijkwaardigheid. Een vmbo-leerling die iets te kiezen moet hebben moet dat ook bij een AOC kunnen doen. De RPO-eis conflicteert met dit beginsel.
Wij zijn van mening dat AOC's , in het belang van de keuzemogelijkheid van de leerling, de voor D&P benodigde licentie zonder tussenkomst van het RPO moeten kunnen krijgen. Alleen dan kunnen wij als AOC dit profiel, ook binnen onze groene context aanbieden en tot een succes maken. Groen moet niet alleen onderdeel, maar ook deelgenoot (kunnen) zijn van D&P.
In het wetsvoorstel wordt een uitzondering gemaakt voor de profielen MV en ‘Maritiem en Techniek’. Deze profielen zijn uitgezonderd van onderhandeling via een RPO.
Een soortgelijke uitzondering kan ook prima worden toegepast voor AOC’s als deze het profiel D&P willen aanbieden naast hun groene profiel. Dit kan dan onverkort, zonder onderhandeling in een RPO.
Vraag7
Heeft u nog andere opmerkingen bij dit wetsvoorstel?In het wetsvoorstel wordt Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel voorgesteld als naam voor het profiel dat in plaats komt voor de huidige sector Landbouw.
Wij vinden deze naam absoluut niet meer van deze tijd en dan ook ngiet wenselijk. Met name het `oude’ landbouw is niet meer dekkend voor wat we als groen (vmbo)onderwijs en als groene sector te bieden hebben.
Ons voorstel is om in plaats van Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel de - inmiddels overal bekende en beminde- naam Groen voor het profiel te gebruiken.
Argumenten
• De naam Groen doet beter dan/in tegenstelling tot/de voorgestelde naam Landbouw, natuurlijke omgeving en voedsel recht aan de inhoudelijke breedte van het groene vmbo-onderwijs en aan de aantrekkelijkheid en herkenbaarheid ervan voor leerlingen.
• De naam Groen is de naam voor het profiel die - op basis van raadpleging en breed draagvlak in het veld - is voorgesteld door de Sectorale Vernieuwingscommissie. Deze Commissie had een voorstel voor een naam van het profiel als onderdeel van haar opdracht van EZ en OCW .
• De naam Groen is volledig ingeburgerd en kan rekenen op algemeen draagvlak. Zowel binnen als buiten het groen onderwijs.
• Ook in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel wordt al voortdurend `gesproken’ over groen onderwijs en vmbo-groen.