wetsvoorstel versterking bestrijding computercriminaliteit
Reactie
Naam | j.p. anker |
---|---|
Plaats | gouda |
Datum | 2 augustus 2010 |
Vraag1
Heeft u opmerkingen bij het wetsvoorstel?Als u reageert wordt u verzocht uw commentaar helder en beknopt te formuleren en te voorzien van een duidelijke motivering.
Webcensuur is een schaamlap voor de achterliggende incompetentie van het politieapparaat, dat blijkbaar niet in staat is om het enige echt effectieve te doen: de verantwoordelijken achter de site opsporen en oppakken.
Maar een veel groter probleem is natuurlijk dat je niet aan officieren van justitie moet overlaten om te bepalen wat al dan niet strafbaar is.
Rechter-commissaris
Het ministerie van Justitie verdedigt zich met de mededeling dat het uit de lucht halen van websites nog wel achteraf getoetst wordt door de rechter-commissaris. Die doet zijn werk onafhankelijk van de politie.
Ook bij arrestaties komt pas na 3 dagen en 15 uur de rechter-commissaris om de hoek kijken. Waarom is dit dan anders? Nou, om twee niet onbelangrijke redenen.
Gelijk een advocaat
Ten eerste kan de politie u weliswaar oppakken als ze menen daar een goede reden voor te hebben, maar u hebt wel recht op een advocaat. Ten tweede is er in het geval van websites geen reden om achteraf te toetsen. Dan moet je dat dus ook niet doen.
Het ministerie van Justitie ziet dat anders en zegt dat het nieuwe wetsvoorstel bedoeld is voor ‘extreme gevallen’. Klinkt heel indrukwekkend natuurlijk, ‘extreem’.
‘Extreem’ scenario
Minder indrukwekkend is het dat een woordvoerder van het ministerie van Justitie tegenover IT-website Webwereld niet kon zeggen hoe vaak zich zo’n ‘extreem’ scenario voordoet.
Sorry, beste mensen van Justitie, maar een zwaar juridisch wapen in handen geven van mensen die niet eens weten hoe vaak ze het bij benadering zullen gaan gebruiken?