wetsvoorstel versterking bestrijding computercriminaliteit

Reactie

Naam R.E.M. Krul
Plaats Waalwijk
Datum 12 september 2010

Vraag1

Heeft u opmerkingen bij het wetsvoorstel?
Als u reageert wordt u verzocht uw commentaar helder en beknopt te formuleren en te voorzien van een duidelijke motivering.
Hogelijk verontrustend. Een behoorlijke overheid zou zijn burgers niet in zijn (digitale) mogelijkheden moeten willen beperken. De overheid zou zijn eigen bemoeienissen beter kunnen beperken.

Het beperken van digitale burgerrechten en het verbieden van het (heimelijk) vastleggen van het eigen gesprek, zijn een teken van wantrouwen tegen de burger en daarmee een teken van een ongezonde verhouding tussen overheid en zijn burgers. Zeker als die zelfde overheid zich zelf wel het recht geeft om gesprekken van burgers af te tappen. Een overheid die zijn burgers wantrouwt, neigt al gauw naar te veel behoudzuchtige dogmatiek en absolute macht.

Websites zijn verschaffers van informatie en communicatie. In de ogen van velen kan communicatie tussen burgers en het verstrekken van informatie aan burgers, over welk onderwerp of welke inhoud dan ook, nooit illegaal zijn. Zelfs niet wanneer ze ontvreemd is van derden, ze een inbreuk is op een (auteurs-)recht, ze niet openbaar is, ze aanzetten tot haat of ze iemand kwetst of beledigd.
Nagenoeg alle wettelijke strafbare feiten op dit gebied worden door veel burgers als controversieel gezien. Bovendien is de wettelijke betekenis van deze zgn. strafbare feiten behoorlijk vaag. Het is dan ook van de gekke dat het OM het recht krijgt om zonder tussenkomst van een rechter de bevoegdheid krijgt om websites af te sluiten. De willekeur van de officier van justitie wordt dan bepalend voor de toch al omstreden overheidscensuur. De politiestaat is dan een feit.

Ook de nu geldende wetteksten beperken de burger al te veel en leiden tot onbegrip, met als gevolg burgerlijke ongehoorzaamheid en onnodige criminalisatie van die ongehoorzame burger. Deze voorstellen leiden tot een nog grotere kloof tussen burgers en politiek en dienen te worden bestreden. Het verzet, de burgerlijke ongehoorzaamheid, zal dan alleen maar toenemen.

R.E.M. Krul
Waalwijk