Tijdelijke wet testbewijzen covid-19

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Den Haag
Datum 15 maart 2021

Vraag1

Er kan worden gereageerd op alle aspecten van het wetsvoorstel en de toelichting.
Beste wetgever,
U stelt voor om de bevolking te splitsen. Dat lijkt mij moreel niet juist. U wilt gezonde mensen wilt gaan weigeren. Waarom ? Ik ben gezond en heb niemand ontmoet die Covid heeft of heeft gehad (pandemie?) . Ik ben gezond en u wilt mij verbieden naar concerten te gaan. Dhr Rutte heeft gezegd": "Voor gezonde mensen is er geen noodzaak tot testen". Het is een immoreel voorstel.
De rechter heeft gezegd dat de uitslag van een PCR test niets zegt. Deze toont slechts virusrestjes aan. Alleen een diagnose bepaalt of iemand ziek is. Het is een invasieve test. Ik ben luchtweggevoelig en zal om medische redenen nooit zo'n invasieve test toelaten.
Het wordt een caroussel van dagelijks testen voor alle activiteiten, die uit burgergelden (belastingen) gaat worden betaald. Het is onnodig, want zieke mensen gaan hun bed en huis niet uit. Ik stel u voor dat u het begrote bedrag investeert in de zorg, in voldoende capaciteit, dat lijkt me een beter besteding van gemeenschapsgeld.
Ik stel voor dat u van de jeugd afblijft. De jeugd heeft van ziekte niets te vrezen.
Jongeren en gezonde mensen zijn niet besmettelijk. Het concept van besmettelijkheid is nog nooit bewezen. Er is een paradigma dat virussen ziet als natuurlijk GEVOLG van een ziekte, net zoals schimmels in de natuur het afval opruimen. Er zijn voldoende mensen in Nederland die dit paradigma erkennen en die virussen als gevolg van ziekte zien ontstaan. Daarmee vervalt het concept dat virussen besmettelijk zouden zijn, want zij zijn immers niet de oorzaak van ziekte.
Nu wilt u theatergangers en sporters een bepaald wetenschappelijk paradigma opdringen dat deze mensen niet aanhangen. Het is niet juist dat mensen een wereldbeeld wordt opgedrongen door een overheid voor de eenvoudige situaties als horecabezoek, concerten en sporten. De overheid dient de burgers vrij te alten in welk paradigma zij hanteren ten aanzien van ziekte.