Tijdelijke wet testbewijzen covid-19
Reactie
Naam
|
drs J.G. Mout
|
Plaats
|
's-Gravenhage
|
Datum
|
13 maart 2021
|
Vraag1
Er kan worden gereageerd op alle aspecten van het wetsvoorstel en de toelichting.
1) Aangezien de testen slechts kort geldig zijn (er wordt het voorbeeld van 24 uur genoemd) gaat dit horeca en sportscholen niet echt helpen. Mensen laten zich niet drie keer per week testen om drie keer te kunnen sporten. Ze laten zich ook niet testen om een biertje of een cappuccino te kunnen drinken.
2) De testplicht is niet proportioneel aan de inbreuk op de grondrechten en de tweedeling die door de wet in de samenleving ontstaat. Het is onduidelijk wat een testplicht en het sluiten van de in de wet genoemde sectoren bijdragen aan het verminderen van de ziektelast door corona. Sluiten van deze sectoren levert alleen in de modellen van het RIVM een vermindering van besmettingen op. De empirische toetsing van de modellen is echter zwak. Daarentegen blijkt uit wetenschappelijke analyse van het nut van lockdowns dat er geen verschil is tussen zware en lichte lock downs. Zie bijgaande peer reviewed study van Stanford University: https://onlinelibrary.wiley.com/doi/epdf/10.1111/eci.13484 . Het nut van de sluiting van sportscholen, horeca en culturele instelling bij de bestrijding van COVID 19 is dus twijfelachtig, terwijl de directe schade heel concreet is, ook op het gebied van gezondheid. Sterker: het sluiten van sportscholen en culturele instellingen is het paard achter de wagen spannen.
3) Het ligt voor de hand dat de volgende stap in het wetgevingsproces is om een vaccinatiebewijs gelijk te stellen aan de rechten die worden ontleend aan een positief testbewijs. Uiteraard zal een vaccinatiebewijs veel langer geldig zijn dan een testbewijs. De wet testbewijzen biedt in deze context de infrastructuur voor het uitoefenen van vaccinatiedwang. De in de wet genoemde sectoren spelen een essentiële rol in het sociale, en vaak ook beroepsmatige leven van een grote groep Nederlanders.
4) Covid 19 is aldus het RIVM voor 98% van de Nederlanders niet gevaarlijk. Maatregelen zouden daarom moeten zijn gericht op het beschermen van de betreffende 2%. Testen zouden kunnen worden ingezet om deze mensen in staat te stellen veilig voorzieningen te bezoeken tijdens specifieke voor hen en negatief geteste of gevaccineerde mensen openingstijden. Op andere tijdstippen zouden deze voorzieningen voor iedereen opengesteld kunnen worden. Gezien de beperkte omvang van de doelgroep zouden de voor getetste / gevaccineerde groep beperkt moeten blijven tot maximaal 25% van de openingsuren.