Wet toezeggingen pensioenonderwerpen

Reactie

Naam BCS HR Software (R.H. Weeber)
Plaats Den Bosch
Datum 10 juni 2024

Vraag1

Geen specifieke vraagstelling. U kunt reageren op alle onderdelen.
In de WTP is een uitvoeringsprobleem naar voren gekomen ten aanzien van de verplichting om op de loonstrook te vermelden of in de loonperiode wel of geen pensioenopbouw plaatsvind. De nu voorgestelde oplossing om te vermelden of werknemer wel of geen deelnemer is in een pensioenregeling lost dit uitvoeringsprobleem deels op maar gaat volledig voorbij aan het doel van de bepaling, de werknemer goed informeren over zijn pensioen.

Als voorbeeld bij bovenstaande, als werknemer aanvullend partnerverlof, betaald en onbetaald ouderschapsverlof opneemt stopt gedurende dit verlof in de meeste pensioenregelingen de pensioenopbouw maar blijft de werknemer wel deelnemer. De vermelding op de loonstrook dat de werknemer deelnemer is in de pensioenregeling is klopt technisch gezien dus maar wekt richting de werknemer onterecht de indruk dat deze pensioen opbouwt tijdens zijn ouderschapsverlof. In werkelijkheid bouwt de werknemer gedurende 31 weken verlof vaak helemaal geen pensioen op.

Ook lost de wijziging naar wel of geen deelname in de pensioenregeling het uitvoeringsprobleem maar deels op in die gevallen dat sprake is van geheel premievrije pensioenopbouw voor werknemers. Als de werkgever alle premielasten voor de pensioenregeling voor zijn rekening neemt is de deelname vaak niet bekend in de salarisadministratie. Vanuit de salarisadministratie kan in die gevallen niet gemeld worden of werknemer deelnemer is of niet aan de pensioenregeling.

Tot slot zijn wij van mening dat de loonstrook primair bedoeld is om de werknemer te informeren over zijn salaris, uitbetaalde declaraties, toeslagen en overwerk. Informeren over deelname aan een pensioenregeling hoort niet thuis op de loonstrook maar in de cao, arbeidsvoorwaardenregeling of de arbeidsovereenkomst.