Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden

Reactie

Vraag1

Bij deze maak ik bezwaar tegen deze nieuwe wetgeving. Er is een kader gecreëerd waarbij er getoetst wordt op werk inhoudelijke aansturing, organisatorische inbedding en werken voor eigen risico en rekening. In dit bedoelde kader kan geen enkele ZZP-er in de zorg, onderwijs, kinderopvang ingezet worden als het gaat om het werken in opdracht binnen een instelling/organisatie. Deze kaders zijn te rigide en er wordt er geen rekening gehouden met de vele ZZP-ers die hierin werkzaam zijn. Zij die hier bewust voor kiezen, zich inzetten voor anderen en ook ondernemer zijn. Niet met een raam dat geschilderd is of een muur die gestukt is en klaar, maar een andere soort doel hebben. Waarbij het al vreemd is dat een inspanningsverplichting als minderwaardig wordt gezien als een resultaatverplichting. Hoe kan een professional die een ander mens helpt als onderwijzer, verpleegkundige, arts dit mens in een resultaatverplichting stoppen.
Het ondernemerschap is meer dan deze geschetste kaders en doet deze professionals te kort. Het doel van deze wet is om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Hoewel er geen duidelijke cijfers zijn hierover. Maar door deze kaders op te werpen wordt een onbedoelde groep ZZP-ers geraakt. Dat is niet het doel van deze wet.
De arbeidsmarkt is aan het veranderen. Vaste contracten zijn steeds minder van deze tijd. Mensen willen steeds meer flexibiliteit. Meer zeggenschap over de diensten die ze leveren, de tijd die ze hierin willen investeren en zelf beslissen waar hun doel en kracht ligt. Of dat met 12 uur per week is of 50 uur. Dat is ondernemen. Diverse belangenverenigingen zoals ZZP Nederland, Solopartners (etc.) hebben getracht bij te dragen en zijn met ideeën gekomen. Vertrouw de ZZP-er. En kijk hoe werkelijke schijnzelfstandigheid anders kan worden aangepakt.
Misschien moet het doel niet zijn schijnzelfstandigheid te voorkomen, maar zelfstandigen (ZZP-ers) te borgen in de arbeidsmarkt. Werp kaders op door opleidingsniveau, keurmerken, ontwikkelingen van beroepsgroepen, toetsen door peers, actiever toetsen door de overheid, etc. Stel voorwaarden aan ondernemerschap die reëel zijn.