Wet werkelijk rendement box 3

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Amsterdam
Datum 27 september 2023

Vraag1

Algemeen
Wat vindt u van het voorstel in algemene zin?
Hieronder zijn vragen over enkele specifieke onderdelen van het voorstel opgenomen. U kunt hierop reageren als u hierover uw mening wilt geven.
Indien alle kosten aftrekbaar zijn is dit in ieder geval veel beter dan het huidige systeem maar het is wel weer terug naar de spreekwoordelijke "schoenendoos" met bonnetjes zoals dat 30 jaar geleden gedaan werd.

Vraag2

Beleidsmatige afwegingen
a. Hoe staat u tegenover het voorgestelde systeem, dat een hybride karakter heeft en elementen van vermogensaanwas-, vermogenswinst-, en forfaitaire belasting omvat?
b. Hoe verhoudt dit zich tot alternatieven zoals een volledige vermogenswinst- of vermogensaanwasbelasting, of een vermogensbelasting?
c. Wat vindt u van de keuze voor een vermogensaanwasbelasting als primaire regeling?
d. Welke overwegingen heeft u met betrekking tot de uitzondering voor de eerste woning in box 3 voor eigen gebruik, en welke voordelen en nadelen ziet u hierin?
e. Het forfait voor de eerste woning in box 3 omvat het gehele rendement inclusief kosten, waaronder financieringskosten. Wat vindt u hiervan?
f. Hoe staat u tegenover de uitzondering voor aandelen van familiebedrijven en startups?
g. Vindt u dat de gekozen forfaits resulteren in een evenredige belastingdruk over de verschillende vermogenscategorieën? Zo ja, waarom, en zo nee, waarom niet?
h. Wat is uw visie op het onderscheid tussen het belasten van eigen gebruik van een onroerende zaak onder het vermogenswinstregime (via een forfait) en het belasten van een verhuurde onroerende zaak (gebaseerd op werkelijke huurinkomsten minus kosten en het activeren van verbeteringen)?
a: meerwaarde belasting (plu-value) zoals dat in Frankrijk geheven wordt ben ik een groot voorstander van.
b: daarnaast is een redelijke vermogensbelasting te prefereren boven het verzamelen van bonnetjes etc.
c: per jaar te berekenen vind ik helemaal niets want dat is zo onbetrouwbaar dat ik de woningen dan beter verkoop en in een ander Europees land woningen koop.
d: zie antwoord op a, ik vind het Franse systeem erg goed en erg eerlijk. Afrekenen wanneer er winst gemaakt wordt. Afbouwend in 25-30 jaar. Het Franse systeem rekent zelfs over een deel sociale voorzieningen.
e: uiteraard dienen de reële financieringskosten in mindering gebracht te worden over de winst en geen forfait.
f: aandelen binnen een familie bij een familie bedrijf moeten onbelast over kunnen gaan.
g: ik ben van mening dat er aparte forfaits gemaakt moeten worden voor de verschillende vermogens. Het vermogen dat vastzit in stenen waarbij er veel zorgen, kosten en werk mee gemoeid zijn is niet in vergelijkbaar met het vermogen in aandelen Heineken.
h: eigen huis zou met een Plu-Value systeem heel goed belastbaar kunnen zijn. Ik heb persoonlijk weerstand tegen de spreekwoordelijke schoenendoos met bonnen voor verhuur, dus een lage vermogens belasting en afrekenen over de winst bij verkoop

Vraag3

Gedragseffecten
a. Welke gedragseffecten verwacht u als gevolg van de hybride aard van het stelsel, met name met betrekking tot de uitzondering van vermogensaanwas op vastgoed, aandelen van familiebedrijven en startups? In welke mate verwacht u dat deze effecten zullen optreden?
b. In welke mate denkt u dat het stelsel mogelijkheden biedt voor belastingarbitrage, zowel binnen het hybride stelsel als in relatie tot box 2? Hoe verschilt dit volgens u van het huidige (overbruggings)stelsel?
a: Beide systemen hebben grote nadelen. Met een forfait zullen er altijd gevallen zijn die benadeeld worden. Met een reëel systeem zoals voorgesteld in 2027 zullen er altijd personen zijn die er alles aan zullen doen om de zaak op te lichten. Het nieuwe systeem is zeer fraude gevoelig. Ik ben inmiddels gepensioneerd en heb de ervaring zoals dat vroeger ging. Iedereen die maar een splinter hout kocht bij een bouwmarkt gaf het bonnetje aan iemand die het kon aftrekken.
Ikzelf zie het meeste in een systeem waarbij het werkelijke rendement wordt aangetoond zonder aftrekmogelijkheden.
Bijvoorbeeld: WOZ waarde is "x" huurinkomsten zijn "y" aantoonbaar voor de accountant d.m.v. afschriften of makelaars opgave. Rendement is dan "z" en daarover een forfaitaire belasting heffen. Simpel, eerlijk en moeilijk om te vervalsen daar de accountant zijn handtekening moet zetten.

Vraag4

Valutaresultaten behaald met banktegoeden
Voorgesteld wordt om alle voordelen die worden behaald met bezittingen en schulden in de heffing te betrekken. Bij banktegoeden in euro’s bestaat het voordeel doorgaans alleen uit de ontvangen rente. Bij banktegoeden die worden aangehouden in vreemde valuta zal daarnaast sprake zijn van waardemutaties als gevolg van wisselende valutakoersen. Een valutaresultaat kan positief of negatief zijn. Voor de berekening van de valutaresultaten dienen alle stortingen en onttrekkingen van de bankrekening afzonderlijk te worden omgerekend in euro’s tegen de valutakoers ten tijde van de betreffende storting of de onttrekking. Een dergelijke exercitie is complex, met name indien sprake is van veel transacties. Nederlandse financiële instellingen geven aan dat zij - naast de stand op 1 januari, 31 december en het bedrag aan rente - alleen het totaalbedrag van stortingen en onttrekkingen in een bepaald jaar kunnen renseigneren. Vanuit praktisch oogpunt is in het conceptwetsvoorstel voorgesteld om valutaresultaten van banktegoeden die worden aangehouden in vreemde valuta buiten beschouwing te laten en enkel de ontvangen rente te belasten. De in vreemde valuta ontvangen rente kan bijvoorbeeld tegen een gemiddelde jaarkoers of koers per einde jaar worden omgerekend in euro’s.

Wij vragen uw input ten aanzien van het dilemma tussen de zuivere benadering waarbij (positieve en negatieve) waardeontwikkelingen van banktegoeden wel in de heffing worden betrokken en de voorgestelde praktische benadering waarbij alleen de ontvangen rente is belast. Als u vindt dat waardeontwikkelingen in de heffing betrokken moeten worden, zou dat volgens u op basis van een vermogensaanwas- of vermogenswinstbelasting moeten?
Vermogenswinst. Indien het een vermogensaanwas belasting zou zijn komt er ook weer de vermogensaftrek bij als het jaar erna verlies gemaakt wordt.

Vraag5

Aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden
In het huidige box 3-stelsel verlagen schulden de rendementsgrondslag op basis waarvan het forfaitaire inkomen wordt berekend. In box 3 vallen alle schulden van burgers die niet in box 1 (bijvoorbeeld voor de eigenwoning) of in box 2 (financiering van een aanmerkelijk belang) in de heffing worden betrokken. Niet vereist is dat sprake is van een causaal verband tussen de schuld en de bezitting in box 3. Schulden voor consumptiedoeleinden, zoals een auto of een vakantie, verlagen zodoende de rendementsgrondslag ondanks dat de auto doorgaans niet als bezitting is belast in box 3. In het huidige box 3-stelsel leidt een negatieve rendementsgrondslag (schulden zijn groter dan de bezittingen) niet tot een negatief inkomen. In het nieuwe box 3-stelsel is de rente van schulden aftrekbaar van het inkomen uit bezittingen en schulden. Ook hierbij is niet vereist dat de schulden waarvan de rente aftrekbaar is, moet zijn aangewend voor de aanschaf van een bezitting die in box 3 is belast. De rente van een lening voor bijvoorbeeld een vakantie is zodoende aftrekbaar. Nieuw is dat het inkomen uit box 3 wel negatief kan zijn als de (rente)kosten en negatieve waardemutaties groter zijn dan de inkomsten en positieve waardemutaties van bezittingen in een bepaald jaar.

Dit roept de vraag op of de aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden beperkt moet worden in het nieuwe stelsel. Wat vindt u hiervan?
Rente zou per definitie niet aftrekbaar moeten zijn. Niet in Box 1, eigen huis en niet in Box 3, vermogen.
Rente is een deel van de kosten die een persoon maakt. Waarom wel de rente aftrekken en niet de bus verf om het huis te schilderen. Ik heb het al mijn hele leven krom gevonden dat rente aftrekbaar is.
Box 3 zou zo ingericht moeten worden dat bij zorgvuldig beheer en behoud (consolidatie) dit niet teveel belast zou moeten worden zodat er rust ontstaat en bij de zogenoemde "hefboomwerking" (korte termijn transacties) wel veel belasting geheven wordt.
Ik kom weer terug op het Franse Plu-Value stelsel dat hier een heel goed antwoord op heeft. Snelle transacties met snelle winst is zwaar belast tot wel 50%. Winst die pas na 25 jaar gepakt wordt max 8%.

Vraag6

Onroerende zaken
a. Om onder het forfait voor de eerste woning sparen en beleggen te vallen, moet sprake zijn van hoofdzakelijk eigen gebruik van de (vakantie)woning. Dit is 70%. Onder het voorstel wordt dit bepaald door weken en dagen te tellen. Een andere mogelijkheid zou zijn om bijvoorbeeld uit te gaan van een maximale huuropbrengst in verhouding tot de WOZ-waarde om zeker te stellen dat de woning vooral voor eigen gebruik is. Wij vernemen graag van u, hoe u denkt dat het zeker stellen dat er sprake is van hoofdzakelijk gebruik bij de eerste woning sparen en beleggen het beste te bepalen is.
b. In het voorgestelde ontwerp kan voor wat betreft onroerende zaken één woning (per huishouden) onder het forfait eerste woning sparen en beleggen vallen. Wanneer deze niet meer voldoet aan het criterium ‘hoofdzakelijk voor eigen gebruik’, maar bijvoorbeeld het gehele jaar wordt verhuurd, wordt de woning verplaatst naar een vermogenswinstregime voor onroerende zaken. Om arbitrage te voorkomen en het voor de belastingplichtige en Belastingdienst eenvoudig te houden, wordt voorgesteld dat de woning daarna niet meer terug kan naar het regime van het forfait voor de eerste woning sparen en beleggen. Ook niet wanneer deze daarna weer voor hoofdzakelijk eigen gebruik wordt gebruikt. Wij vragen uw input ten aanzien van dit voorstel, waar een afweging gemaakt moet worden tussen het voorkomen van arbitrage en uitvoerbaarheid én de feiten en omstandigheden die zich bij belastingplichtigen kunnen voordoen.
1 woning in Box 1 er keuze van de eigenaar bij voorkeur de woning waar iemand in ingeschreven is. Daarna de woning(en) in Box 3.

Vraag7

Afbakening startende innovatieve onderneming
Voorgesteld wordt om de waardemutaties van aandelen in startende innovatieve ondernemingen (startups en scale-ups) niet jaarlijks in de heffing te betrekken maar gecumuleerd bij verkoop (vermogenswinstbelasting). Voor de afbakening is het nodig om een definitie op te stellen. Voor zowel burgers die gebruik maken van de regeling als de Belastingdienst in het kader van de controle en handhaving is het van belang dat de voorwaarden voor toepassing van de regeling objectief kunnen worden bepaald. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de leeftijd en omvang van de onderneming, het aantal werknemers, de niet-verhandelbaarheid van de aandelen op een gereglementeerde markt, enzovoort. Het hanteren van algemene begrippen of open normen zoals ‘innovatief’ of ‘risicovolle investeringen’ kan leiden tot onzekerheid over het kunnen toepassen van de regeling en tot discussies tussen burgers en de inspecteur over de interpretatie van deze begrippen.

Wij vernemen graag van u welke objectief bepaalbare elementen u geschikt en wenselijk acht om de aandelen in startende innovatieve ondernemingen af te bakenen.
Zodra de start-up echte winst maakt, de aandelen daarin dan pas gaan belasten. Dat is voor de Belastingdienst heel makkelijk te controleren. Start-ups moeten we koesteren.
Maar wel een criterium stellen dat het na 3 jaar (bijvoorbeeld) geen start-up meer is maar een onderneming en dus dat regime vervalt.