Wet werkelijk rendement box 3

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Zwolle
Datum 27 september 2023

Vraag1

Algemeen
Wat vindt u van het voorstel in algemene zin?
Hieronder zijn vragen over enkele specifieke onderdelen van het voorstel opgenomen. U kunt hierop reageren als u hierover uw mening wilt geven.
Dit is en blijft diefstal van eigendom. valuta (curency) is een meeteenheid van waarde. Deze meeteenheid is aan inflatie (waarde/koopkracht daling) onderhevig. Naar mijn inziens zou de inflatie in mindering gebracht moeten worden op het behaalde rendement in box 3. Dit temeer omdat inflatie voornamelijk een monetair fenomeen is dat mede door overheden en centrale banken gecreëerd is door een te lage beleidsrente en te hoge overheidsuitgaven die op de kapitaalmarkt gefinancierd werden/worden. Inflatie is al belasting!

Vraag2

Beleidsmatige afwegingen
a. Hoe staat u tegenover het voorgestelde systeem, dat een hybride karakter heeft en elementen van vermogensaanwas-, vermogenswinst-, en forfaitaire belasting omvat?
b. Hoe verhoudt dit zich tot alternatieven zoals een volledige vermogenswinst- of vermogensaanwasbelasting, of een vermogensbelasting?
c. Wat vindt u van de keuze voor een vermogensaanwasbelasting als primaire regeling?
d. Welke overwegingen heeft u met betrekking tot de uitzondering voor de eerste woning in box 3 voor eigen gebruik, en welke voordelen en nadelen ziet u hierin?
e. Het forfait voor de eerste woning in box 3 omvat het gehele rendement inclusief kosten, waaronder financieringskosten. Wat vindt u hiervan?
f. Hoe staat u tegenover de uitzondering voor aandelen van familiebedrijven en startups?
g. Vindt u dat de gekozen forfaits resulteren in een evenredige belastingdruk over de verschillende vermogenscategorieën? Zo ja, waarom, en zo nee, waarom niet?
h. Wat is uw visie op het onderscheid tussen het belasten van eigen gebruik van een onroerende zaak onder het vermogenswinstregime (via een forfait) en het belasten van een verhuurde onroerende zaak (gebaseerd op werkelijke huurinkomsten minus kosten en het activeren van verbeteringen)?
a. Ik heb niks tegen een eerlijk belastingstelsel. Als het rendement maar gecorrigeerd wordt voor inflatie! Eigenlijk moet je inflatie al als belasting zien.
Dus:
- 2% rente op je spaargeld en 10% inflatie is een rendement van -8%. voor 100.000 euro geeft dit een waarde verlies van 8000 euro.
- 6% rendement op je aandelen portefeuille en 10% inflatie is - 4% rendement. voor 100.000 euro geeft dit een waarde verlies van 4000 euro.

Omdat deze inflatie vooral door overheden (regeringen en ECB) veroorzaakt is dit diefstal van waarde die zou moeten resulteren in een negatieve aanslag in box 3 van 12.000 euro !!!! Hierbij mag nooit een heffingsvrije voet toegepast worden op het uit te keren bedrag! Stelen hoe klein het bedrag ook is is verboden en strafbaar!!!

b. Kan ik nu nog niet geheel overzien, wat de voordelen en de nadelen zijn.

c. Juist, mits er met twee zaken rekening gehouden wordt.
1) inflatie
2) Waardestijgingen van assets hoeven pas bij verkoop afgerekend te worden.

d. Eigen woning hoort net als opgebouwd pensioen in box 3. Echter dient het heffingsvrije vermogen / heffingsvrije inkomen hier wel voor aangepast te worden. Zodoende worden mensen zonder pensioen opbouw (zzp-ers/ondernemers) en mensen die in een huurwoning wonen niet overmatig belast t.o.v. mensen met een pensioen regeling en een eigen huis.

e. geen inzicht in dit specifieke onderdeel van deze regeling.

f. Mee eens

h. Niet te controleren. Als je de zaak deels verhuurd kun je alle kosten aftrekken en omzeil je het forfaitair rendement.

Vraag3

Gedragseffecten
a. Welke gedragseffecten verwacht u als gevolg van de hybride aard van het stelsel, met name met betrekking tot de uitzondering van vermogensaanwas op vastgoed, aandelen van familiebedrijven en startups? In welke mate verwacht u dat deze effecten zullen optreden?
b. In welke mate denkt u dat het stelsel mogelijkheden biedt voor belastingarbitrage, zowel binnen het hybride stelsel als in relatie tot box 2? Hoe verschilt dit volgens u van het huidige (overbruggings)stelsel?
a. Als er geen rekening gehouden wordt met inflatie wilt geen vermogen meer hebben in box 3, je wilt geen geld of aandelen meer hebben. het werkelijk rendement is negatief!!! Je gaat naar andere beleggingscategorien. Wat je niet op hoeft te geven geef je gewoon niet meer op. Reden: JE LAAT NIET VAN JE STELEN!!!!

b. De chaos die dit gaat opleveren is niet te overzien. Waardestijging van vastgoed = Initiële investering (vaak al in het verleden gedaan, wat is de waarde bij ingang van het nieuwe stelsel) + gemaakte kosten om het op peil te houden (wat zijn kosten, als je zelf het onderhoud doet? Je laat een nieuwe badkamer plaatsen in je eigen box 1 woning en geeft de kosten op voor je box 3 woning . Wat is dan de waarde vermeerdering van je vastgoed. Ik zou zelf na 10 jaar mijn CV ketel in mijn box 1 huis gaan vervangen en verkoop de oude dan een mijn box 3 woning !! (sterker nog als mijn broer, ouders of buren hun 10 jaar oude CV vervangen verkopen zij deze voor bijna de prijs van de nieuwe aan de installateur en koop ik deze dan voor het zelfde bedrag van hem voor mijn box 3 woning) Erg veel succes !!!! :-))

Vraag4

Valutaresultaten behaald met banktegoeden
Voorgesteld wordt om alle voordelen die worden behaald met bezittingen en schulden in de heffing te betrekken. Bij banktegoeden in euro’s bestaat het voordeel doorgaans alleen uit de ontvangen rente. Bij banktegoeden die worden aangehouden in vreemde valuta zal daarnaast sprake zijn van waardemutaties als gevolg van wisselende valutakoersen. Een valutaresultaat kan positief of negatief zijn. Voor de berekening van de valutaresultaten dienen alle stortingen en onttrekkingen van de bankrekening afzonderlijk te worden omgerekend in euro’s tegen de valutakoers ten tijde van de betreffende storting of de onttrekking. Een dergelijke exercitie is complex, met name indien sprake is van veel transacties. Nederlandse financiële instellingen geven aan dat zij - naast de stand op 1 januari, 31 december en het bedrag aan rente - alleen het totaalbedrag van stortingen en onttrekkingen in een bepaald jaar kunnen renseigneren. Vanuit praktisch oogpunt is in het conceptwetsvoorstel voorgesteld om valutaresultaten van banktegoeden die worden aangehouden in vreemde valuta buiten beschouwing te laten en enkel de ontvangen rente te belasten. De in vreemde valuta ontvangen rente kan bijvoorbeeld tegen een gemiddelde jaarkoers of koers per einde jaar worden omgerekend in euro’s.

Wij vragen uw input ten aanzien van het dilemma tussen de zuivere benadering waarbij (positieve en negatieve) waardeontwikkelingen van banktegoeden wel in de heffing worden betrokken en de voorgestelde praktische benadering waarbij alleen de ontvangen rente is belast. Als u vindt dat waardeontwikkelingen in de heffing betrokken moeten worden, zou dat volgens u op basis van een vermogensaanwas- of vermogenswinstbelasting moeten?
Geen mening

Vraag5

Aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden
In het huidige box 3-stelsel verlagen schulden de rendementsgrondslag op basis waarvan het forfaitaire inkomen wordt berekend. In box 3 vallen alle schulden van burgers die niet in box 1 (bijvoorbeeld voor de eigenwoning) of in box 2 (financiering van een aanmerkelijk belang) in de heffing worden betrokken. Niet vereist is dat sprake is van een causaal verband tussen de schuld en de bezitting in box 3. Schulden voor consumptiedoeleinden, zoals een auto of een vakantie, verlagen zodoende de rendementsgrondslag ondanks dat de auto doorgaans niet als bezitting is belast in box 3. In het huidige box 3-stelsel leidt een negatieve rendementsgrondslag (schulden zijn groter dan de bezittingen) niet tot een negatief inkomen. In het nieuwe box 3-stelsel is de rente van schulden aftrekbaar van het inkomen uit bezittingen en schulden. Ook hierbij is niet vereist dat de schulden waarvan de rente aftrekbaar is, moet zijn aangewend voor de aanschaf van een bezitting die in box 3 is belast. De rente van een lening voor bijvoorbeeld een vakantie is zodoende aftrekbaar. Nieuw is dat het inkomen uit box 3 wel negatief kan zijn als de (rente)kosten en negatieve waardemutaties groter zijn dan de inkomsten en positieve waardemutaties van bezittingen in een bepaald jaar.

Dit roept de vraag op of de aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden beperkt moet worden in het nieuwe stelsel. Wat vindt u hiervan?
Deze schulden horen in Box 3. Het is een vermogens belasting, geen bezit belasting. Het voorbeeld van de vakantie en de auto vind ik slecht. Het is niet de vraag of de lening in box 3 hoort, maar of de auto in box 3 (bezit) thuis hoort. Ik kan mij hier bij auto's met een waarde van boven de 50.000 euro of een 2de of 3de auto wel wat bij voorstellen.

Ja, helemaal mee eens.
De rekensom moet als volgt zijn:
Credit 10.000 euro
Rente 13% => - 1.300
Inflatie 10% => + 1.000
Rendement - 300 euro

Vraag6

Onroerende zaken
a. Om onder het forfait voor de eerste woning sparen en beleggen te vallen, moet sprake zijn van hoofdzakelijk eigen gebruik van de (vakantie)woning. Dit is 70%. Onder het voorstel wordt dit bepaald door weken en dagen te tellen. Een andere mogelijkheid zou zijn om bijvoorbeeld uit te gaan van een maximale huuropbrengst in verhouding tot de WOZ-waarde om zeker te stellen dat de woning vooral voor eigen gebruik is. Wij vernemen graag van u, hoe u denkt dat het zeker stellen dat er sprake is van hoofdzakelijk gebruik bij de eerste woning sparen en beleggen het beste te bepalen is.
b. In het voorgestelde ontwerp kan voor wat betreft onroerende zaken één woning (per huishouden) onder het forfait eerste woning sparen en beleggen vallen. Wanneer deze niet meer voldoet aan het criterium ‘hoofdzakelijk voor eigen gebruik’, maar bijvoorbeeld het gehele jaar wordt verhuurd, wordt de woning verplaatst naar een vermogenswinstregime voor onroerende zaken. Om arbitrage te voorkomen en het voor de belastingplichtige en Belastingdienst eenvoudig te houden, wordt voorgesteld dat de woning daarna niet meer terug kan naar het regime van het forfait voor de eerste woning sparen en beleggen. Ook niet wanneer deze daarna weer voor hoofdzakelijk eigen gebruik wordt gebruikt. Wij vragen uw input ten aanzien van dit voorstel, waar een afweging gemaakt moet worden tussen het voorkomen van arbitrage en uitvoerbaarheid én de feiten en omstandigheden die zich bij belastingplichtigen kunnen voordoen.
Ik zou onderscheid maken tussen bedrijfsmatige activiteiten, sparen en beleggingen.

Box3 is belegging => hierbij is het aan het eind van ieder jaar duidelijk wat de waarde en het rendement is. (Simpel)
Box3 Vakantie woning/tweede woning => forfaitair rendement.
Box3 Eigen woning => forfaitair rendement

Als je het heffingsvrije vermogen / heffingsvrije inkomen Voldoende verhoogd (bijvoorbeeld 300.000 euro), dan is een redelijk forfaitair rendement dragelijk.

Box2 is bedrijfsmatig => verhuur vakantiewoning => winst verlies rekening, balans en stakingswinst/verlies.
Eigen gebruik moet in rekening gebracht worden tegen de normale verhuur prijs.

Een vakantiewoning is box 2 tenzij........ ?? (het rendement te laag is)

Als je de belasting tarieven juist vast stelt, zou het niet echt uit moeten maken wat je kiest.

Vraag7

Afbakening startende innovatieve onderneming
Voorgesteld wordt om de waardemutaties van aandelen in startende innovatieve ondernemingen (startups en scale-ups) niet jaarlijks in de heffing te betrekken maar gecumuleerd bij verkoop (vermogenswinstbelasting). Voor de afbakening is het nodig om een definitie op te stellen. Voor zowel burgers die gebruik maken van de regeling als de Belastingdienst in het kader van de controle en handhaving is het van belang dat de voorwaarden voor toepassing van de regeling objectief kunnen worden bepaald. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de leeftijd en omvang van de onderneming, het aantal werknemers, de niet-verhandelbaarheid van de aandelen op een gereglementeerde markt, enzovoort. Het hanteren van algemene begrippen of open normen zoals ‘innovatief’ of ‘risicovolle investeringen’ kan leiden tot onzekerheid over het kunnen toepassen van de regeling en tot discussies tussen burgers en de inspecteur over de interpretatie van deze begrippen.

Wij vernemen graag van u welke objectief bepaalbare elementen u geschikt en wenselijk acht om de aandelen in startende innovatieve ondernemingen af te bakenen.
Dient in box 2 te zitten. => zakelijk belang met een (eigen houtje touwtje) boekhouding.

Box 3 => jaarlijks afrekenen.
Box 2 => stakingswinst en dividend uitkeringen.

Assets die niet jaarlijks op waarde getaxeerd worden, dienen in box 2 te zitten.