Wet werkelijk rendement box 3

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Utrecht
Datum 14 september 2023

Vraag1

Algemeen
Wat vindt u van het voorstel in algemene zin?
Hieronder zijn vragen over enkele specifieke onderdelen van het voorstel opgenomen. U kunt hierop reageren als u hierover uw mening wilt geven.
De uiteindelijke gevolgen voor de belastingbetaler worden bepaald door de vrijstelling en het %. Dit is onafhankelijk van het gekozen systeem. En net daar schuilt hier het gevaar. Deze staan nu al PM aangegeven. Maar zelfs al ik uitga van de in de voorbeelden gehanteerde bedragen dan zie je al dat dit scheef gaat lopen. Het % loopt op naar 35% of meer? Dit is natuurlijk een politieke keuze, maar door toekomstige regeringen erg gemakkelijk op te trekken.
In het voorbeeld word rekening gehouden met 1000 vrijstelling. Ook hier zie je dat dit heel veel minder is dan de huidige vrijstelling. Als je de huidige vrijstelling verplaatst naar 27 dan zou deze zeker zo'n 65.000 moeten bedragen. Reken je met een gemiddeld rendement van 4% (zoals de overheid jaren heeft gedaan). Dan zou de vrijstelling in het huidige systeem minimaal 2.600 dienen te bedragen. Er wordt nu gerekend met 1.000,-. Dit is dus duidelijk heel veel minder dan in het huidige stelsel.
Daarnaast wordt er geen enkele rekening gehouden met inflatie. Spaargeld of beleggingstegoed verdampt immers door inflatie. Er is pas sprake van werkelijk rendement als de opbrengst hoger is dan de inflatie. Opbrengsten dienen pas belast te worden na aftrek van een drempel (en deze kan dan wat lager zijn) en na aftrek van de werkelijk inflatie van dat jaar. Dus bij een opbrengst van bv € 4000,- (vermogen 100.000) en een inflatie van 2% wordt 4000-1000 (vrijstelling)-2000(inflatie)=1000 belast met bv 35% = € 350,-.

Vraag2

Beleidsmatige afwegingen
a. Hoe staat u tegenover het voorgestelde systeem, dat een hybride karakter heeft en elementen van vermogensaanwas-, vermogenswinst-, en forfaitaire belasting omvat?
b. Hoe verhoudt dit zich tot alternatieven zoals een volledige vermogenswinst- of vermogensaanwasbelasting, of een vermogensbelasting?
c. Wat vindt u van de keuze voor een vermogensaanwasbelasting als primaire regeling?
d. Welke overwegingen heeft u met betrekking tot de uitzondering voor de eerste woning in box 3 voor eigen gebruik, en welke voordelen en nadelen ziet u hierin?
e. Het forfait voor de eerste woning in box 3 omvat het gehele rendement inclusief kosten, waaronder financieringskosten. Wat vindt u hiervan?
f. Hoe staat u tegenover de uitzondering voor aandelen van familiebedrijven en startups?
g. Vindt u dat de gekozen forfaits resulteren in een evenredige belastingdruk over de verschillende vermogenscategorieën? Zo ja, waarom, en zo nee, waarom niet?
h. Wat is uw visie op het onderscheid tussen het belasten van eigen gebruik van een onroerende zaak onder het vermogenswinstregime (via een forfait) en het belasten van een verhuurde onroerende zaak (gebaseerd op werkelijke huurinkomsten minus kosten en het activeren van verbeteringen)?
Een tweede woning (eerste in box 3) mag wel zwaarder belast worden om daarmee spaarders en beleggers minder te belasten. Het systeem dient pas belasting te heffen na een inflatiecorrectie.

Vraag5

Aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden
In het huidige box 3-stelsel verlagen schulden de rendementsgrondslag op basis waarvan het forfaitaire inkomen wordt berekend. In box 3 vallen alle schulden van burgers die niet in box 1 (bijvoorbeeld voor de eigenwoning) of in box 2 (financiering van een aanmerkelijk belang) in de heffing worden betrokken. Niet vereist is dat sprake is van een causaal verband tussen de schuld en de bezitting in box 3. Schulden voor consumptiedoeleinden, zoals een auto of een vakantie, verlagen zodoende de rendementsgrondslag ondanks dat de auto doorgaans niet als bezitting is belast in box 3. In het huidige box 3-stelsel leidt een negatieve rendementsgrondslag (schulden zijn groter dan de bezittingen) niet tot een negatief inkomen. In het nieuwe box 3-stelsel is de rente van schulden aftrekbaar van het inkomen uit bezittingen en schulden. Ook hierbij is niet vereist dat de schulden waarvan de rente aftrekbaar is, moet zijn aangewend voor de aanschaf van een bezitting die in box 3 is belast. De rente van een lening voor bijvoorbeeld een vakantie is zodoende aftrekbaar. Nieuw is dat het inkomen uit box 3 wel negatief kan zijn als de (rente)kosten en negatieve waardemutaties groter zijn dan de inkomsten en positieve waardemutaties van bezittingen in een bepaald jaar.

Dit roept de vraag op of de aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden beperkt moet worden in het nieuwe stelsel. Wat vindt u hiervan?
consumptieve schulden dienen ontmoedigd te worden. Dus inderdaad beperken. Overheid dient juist sparen te stimuleren zodat mensen bij (onverwachte) gebeurtenissen in hun leven een buffer hebben. Nu wordt het hebben van schulden te vaak beloond en het zuinig spaarzaam leven bestraft. Dit is onwenselijk.